Gesprek met Wim Van den Eynde, onderzoeksjournalist
Mijn eerste interview, en dan nog met een journalist! Een plotse ingeving, uit nieuwsgierigheid: hoe is het om onderzoeksjournalist te zijn? Boeiend vak, democratisch ongelooflijk belangrijk en inspirerend…
De man in kwestie – Wim Van den Eynde – bleek heel gedreven, authentiek en bescheiden. Een toffe ontmoeting.
Dit is de blog, die ook op deredactie verscheen:
Goede journalistiek is essentieel voor een sterke democratie, schreef ik in een vorige blog.
Met allerlei initiatieven willen burgers de democratie in ons land verbeteren, want het is duidelijk dat het beter kan. Wel, een kritische journalistieke cultuur draagt ook bij tot de democratie: als controlemechanismen op macht falen, kan journalistiek de laatste strohalm zijn om toch misbruiken naar buiten te brengen.
In mijn stukje vermeldde ik een recente Panorama-uitzending over de graaicultuur bij de Hasseltse politie, en over weggepeste klokkenluiders. In dat programma werden leden van de Hasseltse politie, bepaalde magistraten en sommige Hasseltse politici, onder wie de huidige Hasseltse burgemeester Hilde Claes, genoemd. Dit recente programma is één van de opmerkelijkste staaltjes binnenlandse onderzoeksjournalistiek van de laatste jaren.
Als politiek filosofe was ik dus erg nieuwsgierig naar de ervaringen van de maker, journalist Wim Van den Eynde. Het ging me niet zozeer om de inhoud van dit verhaal, dan wel over het feit dat het werd verteld. Ik contacteerde de journalist voor een gesprek. We ontmoetten elkaar in een rustig hoekje van een Brusselse brasserie, vlakbij de VRT.
In een gezonde democratie leiden journalistieke onthullingen tot meer controle, bijvoorbeeld tot het oprichten van onderzoekscommissies. Hoe staat het met het officiële onderzoek naar de Hasseltse wanpraktijken?
WVDE: “Een extern privaat onderzoeksteam, I-Force, heeft recent een doorlichting gedaan en dat team bevestigt de aanwijzingen van uitbetaling van te hoge vergoedingen, zo formuleerden ze het. Maar het is soms moeilijk om echt fraude aan te tonen. Eigenlijk gaat het over normvervaging en een graaicultuur.”
“Wat is fraude? Een voorbeeld: korpschef Beckers kreeg een salaris en een mandaatvergoeding, en had wettelijk geen recht op extra vergoedingen. Toch ontving hij iedere maand een royale vergoeding voor zijn dagelijkse verplaatsing vanuit zijn woonplaats Lommel naar Hasselt. Die was hem in 1998 beloofd bij zijn aanstelling door de toenmalige burgemeester (Steve Stevaert, nvTB). Beckers heeft die vergoeding tien jaar lang ontvangen. Dat was zeker vanaf de politiehervorming dus strikt genomen onwettig, maar als het politiecollege die verplaatsingsvergoeding jarenlang toch wil blijven betalen, dan zal de inspectie dit niet als fraude beschouwen. Eigenlijk overtreedt het politiecollege hier de wet. Bovendien bracht Beckers zijn woon-werkverkeer in rekening bij de belastingen. Hij kreeg daarbovenop als korpschef een auto en een tankkaart, en betaalde dus sowieso niets voor zijn verplaatsingen, én hij gebruikte die wagen ook buiten zijn werkuren. Ik noem dat fraude. Maar het comité P onderzoekt alleen of Beckers oneigenlijke vergoedingen kreeg via het sociaal secretariaat van de federale politie, en gaat niet na bij de belastingen of hij zijn woon-werkverkeer inbracht. Dit zijn vormen van graaicultuur en normvervaging, die het comité P niet detecteert.”
Het HAZODI-verhaal compromitteert de politiek, het gerecht en de lokale media. Heb je druk ervaren bij dit onderzoek?”
WVDE: “(nadrukkelijk) Geen enkele. Vanuit de VRT kreeg ik ook alleen maar steun. Ik heb evenmin weet van politieke inmenging.”
Welke rol speelden de lokale media?
WVDE: “De lokale pers heeft toch vreemde dingen laten zien. TV Limburg heeft hier naar mijn aanvoelen deontologische fouten gemaakt. In het verhaal komt een lokale pers naar voren die meedoet aan stemmingmakerij en foute berichtgeving. Zo maakte de lokale tv een stuk over Vera Vrancken (één van de klokkenluiders, nvTB), waarin de procureur (Marc Rubens, nvTB) haar met naam en toenaam beschuldigt van diefstal. Wel, TV Limburg heeft voor die reportage Vera Vrancken niet eens gecontacteerd, laat staan wederwoord geboden. Zulke journalistieke praktijk kadert in een strategie die past bij een bepaalde cultuur.”
Kan je die cultuur beschrijven?
WVDE: “Toestanden zoals in Hasselt ontstaan niet na enkele weken of maanden, maar na enkele jaren, denk ik. De controlemechanismen op mensen met veel macht werkten er al jaren niet meer goed. Zo vormt zich een kliek, een bepaalde elitegroep van vrienden die op meerdere domeinen actief is. Philip Hilven, ex-hoofdredacteur van TV Limburg, is ook persoonlijke vriend van Steve Stevaert, bijvoorbeeld.
Eenmaal in die logica van het behoud van macht blijken er ook enorme middelen te bestaan om het systeem te behouden en ‘dwarsliggers’ uit te schakelen. Een procureur die een procedure aanspant, verwacht wel om zijn zaak te winnen, om maar één element te noemen.”
Klinkt niet echt democratisch…
WVDE: “Ik ben af en toe toch geschrokken, hoor. In wat voor land leven wij als een overheid zelf schaamteloos vals speelt? De advocaat van Hazodi diende bij de Raad van State valse stukken in… (kijkt me indringend aan). De Raad van State heeft geoordeeld op basis van valse stukken. Ik contacteerde die advocaat, Hugo Lamon, met de vraag of er namen van personeelsleden stonden op het organigram dat hij heeft ingediend, wat een cruciaal element was. Maar Lamon weigerde halsstarrig op mijn vraag te antwoorden. Hij zei wel allerlei andere dingen, niet zo fraai overigens: dat ik brutaal was, en me in de plaats wilde stellen van rechters etc. Terwijl mijn vraag heel eenvoudig was.”
Hoe gaat het nu met de klokkenluiders?
WVDE: “Niet geweldig. Persoonlijk winnen ze niet bij het feit dat ze klokkenluiders waren. Ze werkten ook als federale ambtenaren, en het beschermend statuut voor klokkenluiders is alleen op Vlaamse ambtenaren van toepassing. Een week na de uitzending werden ze vrijgesproken. Daarna hadden ze eigenlijk opnieuw in hun korps geïntegreerd moeten worden. Maar ze krijgen hun oorspronkelijke functie niet terug: de invoering van een nieuw organigram, gebruikt om te herstructureren en om de klokkenluiders te elimineren, blijft onherroepelijk doorgevoerd (het organigram werd door het politiecollege onder voorzitterschap van Hasselts burgemeester Hilde Claes goedgekeurd, nvTB). In hun korps worden de klokkenluiders, zo lijkt me, een beetje als nestbevuilers beschouwd. Bij de politie heerst een zachte ‘omerta’, zoals in het leger. Wat in het korps gebeurt, blijft in het korps.”
Hoe kwam je op het verhaal van de klokkenluiders?
WVDE: “Een van hen contacteerde me. Ik had een boek geschreven over een onschuldig veroordeelde ondernemer, Filip Meert. We hadden hierover ook een reportage in ‘Koppen’. Als journalist krijg je dan enige bekendheid. Je begint verhalen binnen te krijgen. Vaak noodkreten eigenlijk van mensen die hulp inroepen omdat ze vastzitten en niet gehoord worden. Als normale controlemechanismen niet meer functioneren, omdat de politieke oppositie uitgeschakeld is, de procureur en de pers bij het systeem betrokken zijn, kan je geen kant meer op. Ook omwille van dit aspect is onderzoeksjournalistiek maatschappelijk heel relevant.”
En als het een verhaal betreft dat je niet spontaan werd aangereikt?
WVDE: “Persoonlijke contacten zijn belangrijk. Dat is het voordeel van ‘Panorama’ – we moeten niet dagelijks iets afleveren. We hebben tijd om op verhalen te komen, soms ook door dingen op te vangen die niet met een bepaalde intentie werden verteld.”
Hoe belangrijk is intuïtie bij je werk? De twee journalisten die samen de Amerikaanse president Nixon ten val brachten, waren erg verschillend: Bernstein was heel intuïtief en zag de bredere verbanden, maar hij gaf minder om details. Woodward beet zich vast in het zoeken naar feiten.
WVDE: “Beide zijn denk ik belangrijk. Geloofwaardigheid is voor mij het grootste goed dat ik heb als journalist. Ik wil dus niet alleen strikt journalistieke deontologische regels naleven, maar ook verhalen vertellen die kloppen. En daar spelen persoonlijk aanvoelen en intuïtie zeker mee. Met de klokkenluiders, bijvoorbeeld, heb ik herhaaldelijk urenlang gesproken. Niet alleen hadden ze documenten, maar ik voelde dat ze niets te verbergen hadden. Ze vertelden ook steeds exact hetzelfde verhaal. En ik had nooit het gevoel dat ik iets niet mocht vragen. De reactie aan de andere zijde was totaal het tegenovergestelde. Ik werd bejegend met wantrouwen, stilzwijgen. Voor mij zijn dat aanwijzingen dat er effectief iets aan de hand is. Hilde Claes, bijvoorbeeld, weigerde eerst om te praten en heeft daarna meermaals manifest gelogen, terwijl de klokkenluiders consistent waren. Daarbij kreeg ik ook de ruimte om er enkele maanden mee bezig te zijn. Het gevoel werd dan steeds duidelijker. Maar daarnaast moet je natuurlijk de info checken en dubbelchecken.”
Onderzoeksjournalistiek is duur, want tijdrovend en met onvoorspelbaar resultaat. Valt het mee, werken als onderzoeksjournalist?
WVDE: “Sinds Panorama in 2005 opnieuw is opgestart, doet de VRT veel inspanningen. Er is ten aanzien van onderzoeksjournalistiek een erg positieve sfeer vanuit de leiding. We krijgen heel veel ruimte.”
Staan sommige journalisten niet te dicht bij politici?
WVDE: (voorzichtig) “Soms wel. Ik noem mezelf een ‘hit and run’-journalist. Ik heb geen band met de mensen naar wie ik onderzoek voer. Ik ben op geen enkel vlak van hen afhankelijk. Journalisten die al jaren dezelfde zaak volgen of in een bepaalde sector werken, daarentegen, staan soms op erg vertrouwde voet met de betrokkenen. Menselijk gezien is dat begrijpelijk, en het heeft ontegensprekelijk journalistieke voordelen inzake toegang tot informatie, maar kan ook hun werk wel beïnvloeden.”
Je studeerde ingenieur-architect en politieke wetenschappen en werkt nu als onderzoeksjournalist…
WVDE: “Toen ik studeerde bestond de opleiding journalistiek niet. Nu wel. Enerzijds is dat een goede zaak. Anderzijds lijkt er mij ondertussen een overaanbod aan opleidingen. Ik stel me soms vragen bij het niveau, vooral in de bachelor-opleiding. Deels gaat het om een praktische beroepsopleiding, zaken die je als journalist uiteindelijk ook vrij snel leert in de praktijk zelf. Het lijkt me zeker zo belangrijk om voldoende bagage mee te krijgen. Een veelheid aan profielen en achtergronden, zoals een economist of historicus, kan op een redactie interessanter zijn dan alleen ‘journalisten’.”
… wie waren jouw voorbeelden?
WVDE: (denkt na) “Ik herinner me het verhaal van Leo Delcroix, minister van defensie begin jaren ‘90. Twee Humo-journalisten, Danny Ilegems en Raf Sauviller, trokken naar Zuid-Frankrijk en vonden postbodes die aan Delcroix’ villa werkten. De minister heeft toen ontslag moeten nemen. Dat maakte een enorme indruk op mij: welke impact journalistiek kan hebben.”
Wat denk je van de sociale media?
WVDE: (schouderophalend) “Ik zit zelf ook op Facebook, maar naar mijn aanvoelen spelen de sociale media bij ons voorlopig op journalistiek vlak niet echt een cruciale rol. Enfin, ik heb het in Vlaanderen alvast nog niet gezien. In sommige andere landen kunnen ze natuurlijk wel heel belangrijk zijn, bijvoorbeeld om censuur te omzeilen.”
Aan welke nieuwe projecten werk je?
WVDE: “Onderzoeksjournalistiek spitst zich het best toe op onderwerpen die normaal onder de radar blijven. Het Dexia-verhaal is op zich bijvoorbeeld wel interessant. Maar het komt teveel in de media. Een nieuw onderzoek heeft dan slechts een beperkte toegevoegde waarde. Ik zoek dus eigenlijk liever naar verhalen die onbekend zijn. Momenteel kijk ik nog rond…”
Wel, ik ben benieuwd naar de resultaten, en ben blij met dit gesprek.