Wegwijzers in het oerwoud
Wie begrijpt er nog wat van de binnenlandse politiek? Vrienden zeggen me: “We horen gewoon meningen naast elkaar, en we weten niet meer wie of wat te geloven”.Een begrijpelijke reactie. Opiniemakers bespelen daarbij vaak gevoelens van angst en ongeduld. Binnenkort betogen jongeren “voor een regering”. Ze zijn “het beu”… De burger hoort tenslotte al maanden volstrekt tegenstrijdige berichten van opiniemakers en politici.
Hoe begin je aan een gedegen politieke analyse in deze jungle van meningen?
Wel, hier zijn enkele principes die ik zelf hanteer om de (Belgische) politiek te begrijpen. Het zijn er dertien.
Dertien principes
Eén van de moeilijkste is het uitstellen van een oordeel tot ik redelijke argumenten heb gehoord. Mijn gedachten zijn het meest vrij wanneer ik me – zelfs kortstondig – over persoonlijke sympathie of antipathie heen zet. Niet gemakkelijk, wel nuttig!
Ten tweede formuleer ik voor mezelf enkele ideeën over de maatschappij waarin ik wil leven. Welke zijn mijn idealen? Hoe vertaal ik die politiek? Dit is delicaat: het is niet omdat een politicus of een opiniemaker schijnbaar dezelfde idealen uitdrukt, dat we politiek op dezelfde lijn zitten. Dit maakt politiek zo ingewikkeld. Daarom is het een belangrijke oefening om idealen duidelijk te bepalen. Elke vaagheid klinkt voor mij als een nieuwe vraag, tot een idee me helder voor de geest staat. Deze stap is cruciaal: idealen als vage concepten werken makkelijk als een morele gijzeling, terwijl ze niet tot de resultaten leiden die ik eigenlijk wil. Voorbeelden: solidariteit, verantwoordelijkheid… Véél complexere begrippen dan doorgaans wordt aangegeven.
Kritisch zelfonderzoek
Dit leidt naar het volgende punt: wat wil ik voor mezelf? Welke zijn mijn persoonlijke motieven? Met deze vraag wordt duidelijker waar mijn eigen loyauteit ligt. Politiek betekent kiezen, je hebt onvermijdelijk mede- en tegenstanders (zelfs al kan dit verschillen in de tijd). Evenmin makkelijk, maar het is ook een mooie kans tot kritisch zelfonderzoek!
In het beluisteren van anderen, tracht ik naar hun motieven te peilen. Dan speelt ook de vraag ‘cui bono?’ – wie heeft er baat bij? Politici, bijvoorbeeld, die ongeduldig wachten op een deelname in de regering, reageren anders dan politici die minder interesse hebben voor machtsdeelname. Welk effect heeft dat op hun retoriek? Hoe botst dat met mijn ideeën over politiek bestuur?
Andere motivering?
Daden zijn een betere graadmeter dan woorden. Een minister van staat, bijvoorbeeld, waarschuwt voor wankele financiële markten… Wel, was die man even alert toen hij zelf een machtspositie bekleedde? Steunde hij toen ook volksprotesten? Neen? Dan is de kans groot dat zijn stelling eigenlijk een andere motivering verbergt, en dat hij angst en twijfel zaait om iets anders te bereiken (bijvoorbeeld het sturen van de onderhandelingen).
Wat was de logica in het verleden om bepaalde beslissingen te nemen? Dat betekent niet dat het heden binnen dezelfde denkkader moet blijven, maar dan wordt duidelijk welke belangen, bezorgdheden politici vroeger voor ogen hadden.
Bij het selecteren van teksten, kies ik vooral stukken die feiten weergeven of die evoluties in een bredere context plaatsen (liefst van niet-politici). Liever feiten dan meningen, zelfs al zijn ze onaangenaam. Denken blijft vechten tegen onze aangeboren neiging om ons af te sluiten van de realiteit zoals die is en om verstorende gedachten te weren.
Angst is een slechte raadgever
Als ik België beter wil begrijpen, kijk ik naar de internationale context en naar andere federale landen (Duitsland, Zwitserland, Canada….). Hoe organiseren zij hun financiering? Hoe gaan ze om met gemaakte afspraken over taal en territorium? Wat betekenen solidariteit, responsabilisering van deelstaten bij hen?
Altijd ben ik op mijn hoede voor wie mensen bang maakt. Angst leidt nooit tot meer democratie. Een buitenlands voorbeeld: Bush’s waarschuwingen voor Iraks massavernietigingswapens… die gewoon niet bestonden. Uit angst heeft de Amerikaanse bevolking wel uitzichtloze oorlogen in het Midden-Oosten goedgekeurd. Amerikanen werden ook in eigen land slachtoffer van hun angst: ze verloren fundamentele burgerrechten (helaas zonder het te beseffen). Angst is dus een slechte raadgever!
Ik probeer de posities van meerdere partijen te begrijpen. Ik lees soms Franstalige kranten, luister naar de Franstalige media, praat af en toe openhartig met een Franstalige Belg. Onontbeerlijk om de kloof tussen de visies in dit land aan te voelen.
Een betere wereld is mogelijk
Wat de staat betreft, denk ik over de langere termijn. Welke zijn de effecten van voorstellen voor de komende jaren? Vooral voor wie jong is, geldt dat de huidige beslissingen een lange toekomst (financieel) bepalen.
Meestal stel ik me veeleisend op. Neen, de wereld is niet perfect, en mensen zijn het evenmin. Maar ik wil me niet neerleggen bij middelmatigheid. Ik geloof dat een betere wereld mogelijk is als je kiest voor wie het beste in jezelf en in anderen naar boven brengt.
Tenslotte geloof ik niet in onpartijdigheid – ook niet in de mijne! Elke mens heeft een eigen perspectief.
Voilà. Een makkelijk recept heb ik dus niet…. Want geen enkele opiniemaker kan de waarde van je eigen reflectie vervangen.
Tinneke Beeckman