Levenskunst

Zijn, hebben, de ander

In deze tijd wordt succes vooral gemeten aan materialistisch gewin. Wie opgroeit, leert om zich met die maatstaf te vereenzelvigen.  Hoeveel en wat je hebt, vertelt iets over hoe goed het met je gaat. Niet gewoon in de zin dat je een minimum aan welvaart nodig zou hebben om voor jezelf te zorgen – met die gedachte is niets mis. Neen, materieel gewin lijkt iets mee te delen over hoe het werkelijk met je gaat. Alsof je iets wezenlijks verneemt. Alsof je dan weet of het lot je gunstig gezind is.

Vandaag ben je wat je hebt, ben je minder naarmate je weinig hebt, en ben je niemand als je niets hebt. Als individu weet je natuurlijk nog niets over wie je ‘echt bent’. De vergelijking met anderen speelt in de materialistische wereld echter des te sterker: aangezien het aantal te verdelen middelen beperkt is, bezit je meer naarmate een ander minder heeft. Veel is onduidelijk, maar één ding staat vast: méér is altijd beter.

Precies die logica maakt solidariteit moeilijk. Iets afstaan betekent dan afstand doen van méér dan gewoon een beetje bezit: het lijkt een vraag om wat van je ‘zijn’ op te offeren, terwijl het onduidelijk blijft hoe je dat verlies kan compenseren. Alternatieve, meer persoonlijke manieren om ijkpunten te vinden voor wie je bent – voor wat je wil,  voor wat je nodig hebt – worden niet meteen aangereikt.

En het ergste moet nog komen. Biedt de materialistische levenshouding vandaag al niet de beste garantie op geluk, dan belooft ze voor de toekomst nog minder kansen op succes. Niet alleen omwille van de economische crisis, maar ook omwille van ecologische beperkingen zullen we minder moeten consumeren. Waar kunnen we inspiratie halen voor eenvoudige levenswijsheid?

In verband met levenskunst kreeg ik onlangs een mooie vraag. Kan een heropleving van de antieke filosofie de moderne mens helpen? vroeg Isabelle Buhre, Nederlandse journaliste voor HP/DeTijd me. Gedeeltelijk wel, dacht ik. Maar ook weer niet helemaal. Dit was mijn antwoord.

Levenskunst

Marcus Aurelius

Een revival van de antieke benadering tot filosofie lijkt me wel mogelijk. Mensen zijn op zoek naar de praktische aspecten van filosofie; dat verklaart de fascinatie voor bijvoorbeeld boeddhisme en meditatie. Naarmate mensen minder religieus zijn, neemt die vraag toe.

Sommige levensvragen komen altijd terug, zoals je leren verhouden tot teleurstelling en verlies. Het Stoicijnse denken, dat je leert om je voor te bereiden op onheil in de toekomst en om redelijk te blijven, kan daar ook nu nog bij helpen. Ook biedt de Stoa nuttige adviezen over bewust omgaan met tijd: Stoicijnen als Seneca raden ons aan om na te denken met wie je écht bevriend wilt zijn, en hoe je je beperkte levenstijd wilt besteden. De Stoïcijnen hebben ook heel praktische filosofische oefeningen.
Toch hebben antieke filosofieën niet op alle moderne vragen een antwoord. Wij moeten ons niet alleen verhouden tot onze dagelijkse problemen, maar ook tot vrij recente wereldproblemen, zoals de ecologie. Er zijn verder globale politieke en economische problemen. Natuurlijk leefden de antieke filosofen ook in woelige tijden. Maar de idee dat er aan de wereld zelf een einde kon komen, kenden ze niet zoals wij het nu wel kennen. Het eigen leven, het eigen lot bleef een opdracht, maar over de wereld hadden ze een gevoel van continuïteit.

Hoewel filosofie altijd iets elitairs heeft gehad – niet in het minst bij de reeds genoemde antieke filosofen – beschouw ik het als iets fundamenteels in het dagelijks leven.

The Guardian publiceerde onlangs een artikel over de meest voorkomende spijt van stervenden, opgetekend door een verpleegster palliatieve zorg. Waarvan hebben mensen het meeste spijt? Dat was met name dat zij niet trouw waren gebleven aan hun eigen levensdoelen, zich te veel geschikt hadden naar wat anderen vonden, en dat ze hun liefde en waardering voor anderen niet genoeg hadden durven uitspreken. Hun hele leven voelden ze zich opgenomen in een spel waarvan anderen de regels hadden bepaald.

Precies voor het (her)vinden van een eigen weg is filosofie belangrijk. Ik doel niet op bijzonder intellectuele oefeningen, maar eerder praktische. Wijsheid staat wel in veel boeken. Maar de wijsheid, dat authenticiteit en oprechtheid belangrijk zijn, kan je hebben zonder dat je Spinoza of Sartre leest. Omgekeerd kun je zeer gesofistikeerde intellectuelen tegenkomen die niet veel blijk geven van  wijsheid.  Inhoudelijk kunnen dergelijke mensen perfect filosofische theorieën uiteenzetten, zonder dat ze zich er persoonlijk toe verhouden. Alvast dat lag anders in de Oudheid: woord en daad lagen op één lijn. En alvast daarom kunnen antieke denkers blijven inspireren.

Deels verscheen een eerste versie van deze tekst in HP/De Tijd van 23 maart 2012, week 12.

Op 21 mei stond de tekst op de VRT website (weblog Tinneke Beeckman: http://tinnekebeeckman.deredactie.be/)

De tekst verscheen ook in de nieuwsbrief van Liberales, op 1 juni 2012

2 Comments

  1. nicole waem

    Prachtig.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s