Reacties op de column ‘Apartheid in België ?’ DS 27 april 2015
De column ‘Apartheid in België ?‘ (27/04) wekte wel enige reacties los. Ik schreef de tekst zelf als antwoord op een interview met Bert Anciaux voor Knack, waarin hij beweert dat we in België apartheid hebben ingevoerd zoals in Zuid-Afrika. Die uitspraak is trouwens niet de enige vreemde stelling in dat artikel.
Een reactie kwam van Bert Anciaux zelf in Knack (29/04). Onze voormalige minister van cultuur schrijft over een ‘hegemonie van politiek geïdealiseerde blanke cultuur‘.
Walter Zinzen schreef dat er toch een ‘parfum van apartheid’ rondzweeft in zijn ‘Hoezo, geen apartheid ?’ (DS, 29/04). Zinzen verwees naar een interview (DS, 27/04) met geslaagde zakenvrouw en inspirerend voorbeeld Sihame El Kaouakibi, die over haar jeugd vertelt.
Maar Zinzen geeft een onbegrijpelijke interpretatie van Kaouakibi’s verhaal, aldus Jan Denys in DS Avond (29/04). Zij is juist het bewijs dat we geen apartheid kennen, en haar succesverhaal is ook niet het enige.
Op de begripsrelativering van Zinzen reageerde Ludo Abicht (DS, 30/04) met het kritische stuk ‘ook retorische vragen verdienen een antwoord‘.
De reactie van Jan Denys verscheen in DS Avond, en is misschien niet makkelijk te vinden. Vandaar dat ik deze tekst hier even weergeef. (Voor de andere reacties: klik telkens op de link).
“De hoop van Sihame
Maandag verscheen in de krant het hartverwarmende portret van Sihame El Kaouakibi, de dochter van twee Berbers die vijfenveertig jaar geleden hun vaderland verlieten (DS 27 april) . Intussen is ze uitgegroeid tot een rolmodel inzake succesvolle integratie van onze allochtone medeburgers.
Sihame is jong, dynamisch, aantrekkelijk, allochtoon, vrouw en ondernemer. Een onweerstaanbare mix. In haar verhaal is er aandacht voor racisme en discriminatie, maar de nadruk ligt op dromen najagen en talenten ontwikkelen. En passie uiteraard, veel passie. Bijna terloops heeft ze het over de turnkring waar verschillende bevolkingsgroepen elkaar ontmoetten en waar haar emancipatie wellicht begonnen is.
De ouders van Sihame kwamen indertijd naar ons land, niet omdat hier apartheid heerst, maar omdat ze hoopten betere levensomstandigheden aan te treffen, vooral voor de kinderen.
Dat was exact ook de boodschap van Tinneke Beeckman in haar column (DS 27 april). Ze verzette zich tegen Bert Anciaux’ boodschap dat in België een vorm van apartheid heerst. Terecht stelt Beeckman dat door zo’n stelling elk debat over waarom bepaalde groepen in dit land minder succesvol zijn dan andere in de kiem wordt gesmoord. Dat zoiets niet onschuldig is, bewijst de huidige staat van dit debat in dit land.
Tinneke Beeckman krijgt vandaag in deze krant kritiek van voormalig VRT-journalist Walter Zinzen (DS 29 april). In zijn bewijsvoering grijpt hij uitgerekend terug naar bovenstaand verhaal van Sihame. Begrijpe wie begrijpe kan. Uit dat positief integratieverhaal haalt hij de enkele verwijzingen naar racisme en discriminatie aan om zijn punt te maken. De kern van haar verhaal is in zijn betoog miraculeus verdwenen: de bruggen die door de ouders van Sihame werden gebouwd, de kansen die dit land Sihame heeft gegeven, de kansen die Sihame heeft gegrepen. En uiteraard ook de toenmalige turnkring van Sihame. Ik weet wel zeker dat zo’n turnkring in Zuid-Afrika indertijd niet bestond. Een meer selectieve en negatieve lezing van haar verhaal dan die van Walter Zinzen is wellicht niet mogelijk.
We kunnen er onmogelijk naast kijken. In alle domeinen van het maatschappelijk leven rukken jonge burgers met allochtone roots op. Sport (met de Rode Duivels als exponent), media, film, cultuur, wetenschap, noem maar op. Hun opmars is onomkeerbaar. Het verschil met nauwelijks tien jaar geleden is overweldigend. Dat moet ons uiteraard niet de ogen doen sluiten voor de vele problemen die zich op het terrein stellen. En we moeten nog meer dan in het verleden het debat voeren over waarom bepaalde groepen minder succesvol zijn dan andere. Maar de hoop van Sihame laat ik me niet afnemen. En neen, ik geloof niet dat zij en haar collega’s in andere maatschappelijke domeinen de spreekwoordelijke uitzonderingen zijn.”
Ter informatie: een diepgravender gesprek met Sihame El Kaouakibi staat in het boek ‘Dames met Pit’.
Het is niet alleen leerzaam alle reacties te lezen, het is ook grappig.
Tinneke slaat de nagel op de kop, het duo Anciaux-Zinzen wil echter de trofee binnenhalen.
Ik kan me vergissen maar bij het lezen van hun teksten heb ik vaak het gevoel dat er een vorm van afgunst voor de hoogste podiumplaats (…ik-weet-het-(nog-veel)-beter) doorklinkt.
Neidhammel is het Duitse woord voor afgunst, nijd, jaloersheid.
Een van de vaste bloggers van der Spiegel is Sibylle Berg.
Onlangs las ik van haar
http://www.spiegel.de/kultur/gesellschaft/sibylle-berg-ueber-neidkultur-a-1030205.html
Sibylle slaat de nagel op de kop.
Bedankt voor je reactie. Tja, al wat je moet doen om een tekst over het thema te schrijven, is denken aan wat die Zuid-Afrikanen hebben doorgemaakt (zie bijvoorbeeld ‘Cry Freedom’ de film over Steve Biko). Voor mij blijft dat het belangrijkste. En ik geloof dat lezers van teksten motieven van schrijvers correct kunnen inschatten, welke die ook zijn.
ik hou er niet zo van het over de boodshapper te hebben ipv de boodschap, maar soms is de verleiding te groot. Bert Anciaux bezit het zeldzame talent nagenoeg alles in emotie en wind te veranderen. Verder is het betoog van deze omgekeerde Midas van de Vlaamse politiek zo verward dat het verbaast dat er überhaupt op gereageerd wordt.
Ja, ik heb geaarzeld om er over te schrijven. Vrolijker word ik zelf ook niet van. Maar uiteindelijk is het af en toe misschien nodig wat duidelijkheid te brengen.
Wat emoties betreft, zie ik een breder probleem dan alleen Anciaux: de werkelijkheid, feiten, argumenten, doen er steeds minder toe in het politieke debat. Alles wordt op het niveau van het gevoel gespeeld. Alles is affect: woede, angst, verontwaardiging, schaamte, schuld, haat… En medelijden ook. Alsof de mogelijkheid om te denken zelf op het spel staat.