‘Amerika’s corruptie, nav de Weinstein-zaak’, column DS 7 nov 2019
“Twee jaar na #Metoo halen verhalen over geweld tegen vrouwen de krant (moorddadig partnergeweld Karel Verhoeven, DS); in populaire televisiereeksen wordt seksueel geweld geproblematiseerd (DSaudio). Recent publiceerde journalist Ronan Farrow ‘Catch and Kill’ (DS, 15/10); het boek gaat over Hollywood producer en seriële verkrachter Harvey Weinstein en over de moeilijkheden die Farrow ondervond om de waarheid uit te brengen.
Je kan de politieke toestand van een land proberen te begrijpen door de verkiezingen, de politieke partijen, de wetten en de overheden te analyseren. Maar je kan ook heel wat informatie over de democratische situatie uit zo’n journalistiek werk halen. Dit boek geeft enkele feiten over de corruptie in de Amerikaanse samenleving: sommige superrijken hanteren legale en illegale middelen om mensen te intimideren, te manipuleren en controleren.
Wat opvalt in het Weinstein-verhaal is dat de man niet alleen staat. Hij opereert in een cultuur waarin beroemdheid en rijkdom worden verafgood. Die cultuur maakt zijn macht mogelijk. Zelf had Weinstein de absolute top in Hollywood bereikt, en was hij onaantastbaar. Hij kon iemands carrière maken of breken. Voor zijn bedrijf brengt hij jaarlijks miljoenen dollars op. Dus stemt dat bedrijf – en vele andere – de juridische praktijken op hem af. Zelfs bij aanklachten over seksueel geweld, redeneren topadvocaten alleen in het bedrijfsbelang.
Geld beheerst ook de politiek en de media. Weinstein doneert kwistig aan politici. Hij geeft geld aan de officier van justitie, Cyrus Vance Jr. die een aanklacht tegen Weinstein klasseert. Hij steunt bladen als ‘The National Enquirer’. Hier komt de titel ‘Catch and Kill’ vandaan: het blad verzamelde roddels over mogelijke tegenstanders van Weinstein, om hen te kunnen chanteren.
Het Amerikaanse juridische systeem werkt even goed de macht van superrijken in de hand. Aanklachten komen eerder in de handen van advocaten dan van magistraten. Vrouwen die over Weinsteins wangedrag vertellen, worden door zijn advocaten met vervolging bedreigd. Vernederd, geïntimideerd en uitgeput ondertekenen zij een non-disclosure agreement: in ruil voor een zak geld moeten ze over de gebeurtenissen zwijgen. Maar dat geld lost voor die vrouwen niets op. Ze zijn hun zelfrespect kwijt, ze voelen zich psychisch gekraakt. Hun professionele reputatie wordt besmeurd: ‘Te moeilijk om mee te werken’, klinkt het. Ze kunnen niemand meer vertrouwen; Weinstein huurt detectives in en betaalt medewerkers om zijn slachtoffers te blijven controleren. Aan de slachtoffers worden dus fundamentele vrijheden ontnomen; om te spreken, zich juridisch te verdedigen, om een carrière te ambiëren. Er ontstaat een fundamentele ongelijkheid: tussen wie de middelen heeft om de wereld naar zijn hand te zetten, en wie de macht van anderen moet ondergaan.
Dit is de patstelling waarin vrouwen zitten: als ze carrière willen maken, zeker in Hollywood of de media, moeten ze er aantrekkelijk uitzien. Maar daarmee lijken ze hun onschuld te verliezen: als hen wat overkomt, hebben ze het zelf gezocht. Dat denken ze vaak zelf. Zo vertelt de actrice Annabella Sciorra dat ze Weinstein laat op een avond nog binnenlaat. Ze wordt door hem overmand en verkracht. ‘Waarom deed ik de deur open?’, vraagt ze zich af, alsof zij in eerste instantie verantwoordelijk is voor wat gebeurde. Ze voelt zoveel schuld en schaamte dat ze zwijgt. Haar reactie is typerend. Even typerend is het contrast met de reacties van invloedrijke bedrijfsleiders. Zij hebben minder last van een overgevoelige visie op hun eigen verantwoordelijkheid. Noah Oppenheim, de baas van NBC-news, verdedigt tot op vandaag zijn beslissing om het Weinstein-verhaal in de doofpot te houden met strikt afstandelijke, onverschillige en onpersoonlijke redeneringen. Nochtans zijn verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid basisprincipes voor een vrije samenleving.
Een democratie moet elke burger beschermen tegen de machtswellust van enkelen. Maar verhalen over klassejustitie, over een gemuilkorfde pers en over magistraten en politici die afhangen van investeerders schetsten geen fraai portret van de ‘grootste democratie’. Zo’n verhalen helpen wel om het land waarin iemand als Trump verkozen raakte, beter te begrijpen.”
Deze column verscheen in De Standaard op 7 november 2019.
heftig
Hulde. Uitstekende column met details die ik niet kende, maar ongetwijfeld kloppen. Onthutsend. De laatste zin doet huiveren. Hoe ver zijn we al gekomen. Is dit nog te corrigeren?