‘Als het loont om tegen de ander te zijn’, column DS, 28 mei 2020

“Onderzoeken, zoals ‘De Stemming’ liegen er niet om: Vlamingen wantrouwen hun politici, vooral die van traditionele partijen. De extreme partijen – PVDA en Vlaams Belang – winnen fors. Zo worden de politieke tegenstellingen steeds groter. Eén van de redenen, is dat het loont voor politici om voluit tégen de ander te zijn. Zo winnen ze verkiezingen en peilingen, maar ze kunnen niet meer samenwerken.

Natuurlijk maakt conflict deel uit van het politieke spel. Maar nefaste vormen van conflict verlammen de samenwerking en voeden het wantrouwen. Drie elementen werken zo’n nefaste politieke conflictvorming in de hand: factievorming door sociale media, de opmerkelijke Belgische politieke structuren en de permanente verkiezingskoorts.

Politici winnen aan populariteit door onderscheiden te benadrukken. Dat is goed. Maar als ze zich uitsluitend tot hun eigen kiezers richten (hun factie), en anderen als niet legitiem of moreel valabel neerzetten, is dat slecht. Sociale media spelen hier een rol, ze veranderen het debat. Op sociale media reageren sommige politici pijlsnel op berichten of gebeurtenissen en laten hun emoties daarbij de vrije loop.  Het genereert aandacht en veel ophef. Maar het normale politieke debat verloopt traag (politici gaan in het parlement, dus bij bepaalde gelegenheden in de clinch); er zijn gesprekscodes die de emotionele lading beperken en over de inhoud houden politici zich normaliter aan partij-afspraken. Ook fysieke ontmoetingen, tussen politici onderling of tussen politici en burgers, beperken de emotionele geladenheid. Dat is nodig om een grondig debat te kunnen voeren.

Tégen de ander zijn, wordt in België ook beloond door de politieke structuur. Op federaal vlak bestaat de uitvoerende macht voor 50 % (pariteit) uit politici van partijen waar een burger niet voor kan stemmen (uitgezonderd in Brussel). Politici moeten zich tegenover de helft van de bevolking nooit verantwoorden. Daarnaast volgen media en onderzoekers ook deze breuklijnen. Zo peilt het geciteerde onderzoek – ‘De Stemming’ – naar stemgerechtigde kiezers in het Vlaams gewest (niet eens in Brussel).

Onlangs verscheen ‘Het DNA van Vlaanderen, wat willen Vlamingen echt’ (door Ivan De Vadder en Jan Callebaut). De boeiende studie is een staalkaart van de dromen, angsten, en visies van Vlamingen doorheen de jaren. Maar opnieuw belicht dit werk alleen wat in Vlaanderen gebeurt. Dit is geen verwijt, maar een vaststelling: de andere zijde lijkt amper te bestaan.

Vlamingen moeten hun Franstalige gesprekspartners beter leren kennen, of ze hen nu als mede-of als tegenstanders zien voor een toekomstig Belgisch project. Het loont electoraal op korte termijn wel om in de eigen bubbel overtuigd te zijn van het eigen grote gelijk. Maar op langere termijn draagt het weinig bij. Daarbij is de historische dimensie belangrijk. Sinds het ontstaan van België kennen Vlaanderen en Franstalig België een andere evolutie: Vlaanderen was arm en achtergesteld; Vlamingen werden gediscrimineerd. Nu staat Vlaanderen op vlak van onderwijs en economie sterker, terwijl de Franstalige economische (en culturele) dominantie is afgebrokkeld. En er zijn de verschillen tussen Brussel en Wallonië. Deze complexiteit heeft een effect op het politieke bewustzijn, in alle landsdelen. Als je weet wat burgers verlangen, hopen of vrezen, hoe ze naar hun partijen en naar hun eigen gemeenschap kijken, kan je een ander gesprek voeren. Dan zie je de ander als een mens, die niet past in een partijpolitiek of moreel eenduidig hokje, zoals de Franstalige linkse ‘gutmensch’ of de rechtse Vlaamse racist.

Wat nefaste conflicten ook voedt, ten slotte, is het tijdsperspectief: elke partij – ook wie deelneemt aan de macht – blijft permanent campagne voeren, omdat verkiezingen de enige horizon zijn. Door de coronacrisis was een federale minderheidsregering even mogelijk. Nu moet er terug een beleid op langere termijn worden uitgetekend, en dreigt de impasse. Maar op deze manier verder gaan, heeft weinig zin. Sommige politici en commentatoren stellen dat het ‘nu niet het moment is’ om fundamentele gesprekken over de toekomst van België te voeren. Maar voor de coronacrisis uitbrak, was het evenmin een goed moment; het begrotingstekort liep al dramatisch op. En denkt iemand dat het beter wordt zodra de gevolgen van de klimaatopwarming duidelijker worden? Er komen geen makkelijke momenten meer. Het moet nu gebeuren.”

Deze column verscheen in De Standaard op 28 mei 2020.

“De PS staat niet op imploderen”, DS 15 juni 2017

“Het schandaal rond samusocial leidt tot een gerechtelijk onderzoek. De zaak toont jarenlang machtsmisbruik, fraude en hypocrisie. Breder nog verschijnen politieke structuren die geen licht verdragen met politici die geen tegenstand dulden. Het kantoor van advocaat Marc Uyttendaele, echtgenoot van Laurette Onkelinx, heeft alles uit de kast gehaald om politici en nieuwsgierige RTBF-journalisten (cf. La Libre, 9/06) te hinderen in hun onderzoek. Uiteindelijk moest burgemeester Mayeur vertrekken, niet zonder eerst bloemetjes te hebben ontvangen. Helaas begrijpt hij nog steeds niet dat giften voor daklozen niet als zitpenning voor fictieve vergaderingen mogen worden uitbetaald. Integendeel, hij lijkt verklapper Pascal Smet de schuld te geven. Het enige offer in deze zaak werd dan ook door de Vlaamse socialisten gebracht. Zij verliezen hun schepen Ans Persoons, en verdwijnen uit de regering van Brussel-Stad.

Wie denkt dat de PS op imploderen staat, neemt zijn wensen voor werkelijkheid. Deze afwikkeling bevat een waarschuwing: wie het aandurft om niet mee te draaien in dit circus, staat buiten voor hij beseft. Open Vld heeft de boodschap goed begrepen. Ondanks de verontwaardigde oproepen tot verandering, blijft het politiek spel bij het oude, zeker met PS-burgemeester Close.

Wie verder kijkt, ziet dat deze zaak niet alleen de werking van de macht in Brussel, maar bij uitbreiding in België illustreert. De verontwaardiging van enkele Vlamingen maakt weinig uit, zolang andere Vlamingen nog willen meewerken. De staatstructuur zelf werkt immobilisme in de hand.

In Brussel boksen de Vlamingen politiek ver boven hun gewicht: ze krijgen meer vertegenwoordigers, en meer politieke postjes dan ze door rechtstreekse vertegenwoordiging zouden verdienen. Tegelijkertijd zitten ze in de klem: ze zijn afhankelijk van wat anderen hen gunnen. In de praktijk, faciliteren ze vaak het beleid van de Franstaligen. Zelfs al graaien ze niet zelf (nemen we even aan), dan nog maken ze het wanbeleid en het gebrek aan transparantie mogelijk. Jarenlang horen we de suggesties van Vlaamse politici om Brussel te hervormen: om de luchtkwaliteit te verbeteren, de verkeersknopen te ontwarren, de armoede te bestrijden, de negentien gemeenten en de zes politiezones te vereenvoudigen. Maar er gebeurt bitter weinig: er zijn te veel politieke niveaus, te veel postjes, te veel mensen die afhankelijk zijn van de politiek om hun inkomen te verzekeren. De bijdrage van Vlamingen is soms letterlijk financieel: wanneer een Brusselse gemeente een Vlaamse schepen opneemt, krijgt die gemeente extra subsidie, dankzij het ‘Lambermont’-geld. Brusselse politici ervaren dan ook geen financiële druk om te reorganiseren, want zeker sinds de zesde staatshervorming ontvangen de Brusselse overheden per inwoner meer dan overheden van de andere gewesten. Continue Reading ›

“Terreur vraagt inzet tegen verdeeldheid”, een jaar na 22/03, De Tijd, 18 maart 2017

Een jaar na de aanslagen herdenken Brussel en Zaventem de terreuraanslagen van 22 maart. Elke herdenking is een evenement, een rituele verbinding van alle burgers rond een gedeelde herinnering, in dit geval aan een gruwelijke gebeurtenis. Dat helpt om de wonden te helen, elkaar te steunen en de toekomst verenigd tegemoet te zien. Deze solidariteit wordt versterkt door moedige getuigenissen en inspirerende oproepen.

Zo bereikte het videobericht, ‘Jihad van liefde’ van Mohamed El Bachiri, al miljoenen mensen. Na de dood van zijn echtgenote Loubna bracht El Bachiri een ontroerend pleidooi voor medemenselijkheid. Hij liet zijn hoopvolle boodschap ook optekenen door David van Reybrouck in een pas verschenen boekje, opdat alle mensen, in het bijzonder jongeren, zijn boodschap zouden meepikken. Dit verhaal is enorm bemoedigend: wanneer verbondenheid, openheid en vastberadenheid de angst overwinnen, dan hebben terroristen hun strijd al deels verloren, ondanks de pijn, de wanhoop en het verdriet van de slachtoffers.

Schaamte 

Deze herdenking brengt echter ook een diep gevoel van schaamte over de jarenlange loochening van fundamentele samenlevingsproblemen. Enkele dagen na de aanslag beschreef Béatrice Delvaux deze schaamte in een aangrijpende brief aan haar kind. Daarin verontschuldigde ze zich voor haar jarenlange blindheid. Ze had geloofd in een wereld met onbeperkte mogelijkheden, waarin haat en geweld tot het verleden behoorden. Ze dacht dat de langzaam voortschrijdende strijd voor vrijheid en gelijkheid definitief voorbij was. Nooit meer oorlog en geweld: het leek jarenlang niet alleen een slogan of een ideaal, maar een feit.

De aanslag leek een ommekeer teweeg te brengen. Maar het open debat over de situatie in Brussel ligt moeilijker. De Molenbeekse schepen voor Groen, Annalisa Gadaleta, kwam eind november 2016 hevig onder vuur te liggen voor haar kritische boek, Entretien à Molenbeek, la dérive fondamentaliste du quartier le plus redouté d’Europe. Nochtans zouden alle partijen ondertussen de problemen moeten erkennen.

Breder bekeken, werd België die dag bikkelhard geconfronteerd met een negatieve zijde van globalisering: veiligheid is een internationale kwestie geworden. Het acute gevoel van dreiging is voorlopig wel verdwenen. Maar wat met de terugkerende Syriëstrijders, die wrede oorlogservaringen hebben opgedaan? Wat met de haters van het westen die niet meer vertrekken? Nu IS het militair moeilijk heeft, dreigt de strijd zich meer naar Europa te verplaatsen.

De aanslagen markeren dus een blijvende verandering: het is twijfelachtig of de wereld van voor 22 maart nog terugkeert. Dat vraagt een grondige reflectie over de gepaste levenshouding.

Terreur confronteert de samenleving met een ongemakkelijk gegeven: het onverwachte. Mensen controleren niet alles wat er gebeurt, en soms veroorzaken mensen zelf die onvoorziene omstandigheden. Dat lijkt niet meer van deze tijd: de moderne samenleving is er in geslaagd om risico’s zoveel mogelijk te beperken en om voorspelbaarheid te vergroten.

Daadkrachtig

Ten tweede vraagt terreur een grote inzet tegen verdeeldheid.  Maar verbinden betekent niet zwijgen, wegkijken of kritiekloos aanvaarden, integendeel. Samenhorigheid vereist heldere keuzes en daadkracht. Daadkracht betekent kordaat en eenduidig optreden wanneer het nodig is. Het is het omgekeerde van een conflict-vermijdende houding. Helaas was dit jarenlang de regel: het was ‘cool’ om zich op geen elke grote overtuiging te laten neerpinnen, om steevast ironisch en luchtig uit de hoek te komen, om zelfs van de meest groteske visie nog het lichtpunt te zien. Met die houding komt niemand vandaag nog verder. Teveel groepen, partijen en zelfs leiders sturen aan op conflicten. Luister bijvoorbeeld naar Erdogans recente veroordelingen aan het adres van Nederland. Terwijl hij in eigen land de democratie afschaft en Turkse genocide op Armeniërs in 1915 ontkent, beschuldigt Erdogan Nederland volslagen onterecht van massamoorden in Bosnië. Erdogans retoriek is niets minder dan een nieuwe manier van politieke oorlogsvoering, en de inzet is hoog: door zijn luide aanvallen op een Westerse democratie probeert Erdogan zijn eigen autoritaire regime te legitimeren.  

Vanuit Rusland doet Poetin regelmatig hetzelfde. Dan volstaan sussende woorden niet; daadkrachtig reageren wordt noodzakelijk. Dat brengt mensen ook samen, zoals bleek toen Nederlandse premier Rutte zich niet door Erdogans strategie liet intimideren. Zelfs Europa kwam sterker verenigd uit de controverse.

Ten derde is het belangrijk om angst om te zetten in alertheid. Angst op zich veroordelen, heeft geen zin. Mensen hebben het volste recht om angst te voelen in een wereld die zo snel verandert. Maar angst verlamt. Het is tegelijkertijd een machtig wapen, in handen van terroristen, maar ook in handen van de overheid. Angst op zich helpt dus niemand vooruit; alertheid daarentegen kan veel onheil voorkomen.

Herdenkingen proberen de herinneringen aan de traumatische gebeurtenissen een plaats te geven. Deze opdracht tot herinneren, verplicht ook tot reflectie over een verbindende, daadkrachtige en alerte houding in de toekomst.”

Deze tekst verscheen in De Tijd, op zaterdag 18 maart 2017.

Interview in Bruzz ‘Vrouwen zijn niet verantwoordelijk voor wat mannen denken’, 12 sept. 2016

unknown

Interview voor Bruzz, door Danny Vileyn en Bettina Hubo. 

“Het probleem met de boerka is dat het kledingstuk de dresscode is van een theocratie en niet van een democratie. Dat zegt politiek filosofe Tinneke Beeckman. Ze vindt dat we slordig zijn omgesprongen met de idealen van verlichting en democratie. Een gesprek over democratie, gelijkheid en godsdienstvrijheid.
Tinneke Beeckman (40) is een vurige verdedigster van de menselijke vrijheid en van het autonome individu dat een levensproject uittekent zonder dwang van godsdienst en traditie. Migratie, globalisering en de alomtegenwoordige sociale media hebben ons wereldbeeld door elkaar geschud. En vooral: met de komst van moslims is godsdienst weer prominent aanwezig.

Volgens Thomas Jefferson is democratie een politiek systeem ‘voor het volk, door het volk en van het volk’. Akkoord?
Tinneke Beeckman: Voor veel burgers is de liberale democratie waarin we leven gemeengoed geworden. Mensen denken er nog zelden bewust over na, en dat is spijtig. De legitimiteit van de macht is in een liberale democratie verbonden met wat het volk wil en welk levensproject ieder mens heeft. Wij aanvaarden niet meer dat een heerser een andere autoriteit dan het volk, God bijvoorbeeld, inroept om zijn politieke macht op te baseren. Maar dat betekent allerminst dat het principe van de volkssoevereiniteit voor eeuwig verworven is.
In een democratie is civic virtue, burgerdeugd, belangrijk. Dat vraagt een zekere inspanning van elk mens. Individuele mensen moeten hun taak als burger willen opnemen. Dat betekent dat ze een visie hebben op wat goed is voor het algemeen belang en verbondenheid voelen met andere burgers om dat politieke project waar te maken.

 

copyright foto - Bart Dewalee

copyright foto – Bart Dewalee

In Brussel, onder meer in Molenbeek, leeft een groep kansarme jongeren die gevoelig is voor radicalisering. Waar zijn wij tekortgeschoten? Worden de idealen van de verlichting te weinig gepromoot of is de oorzaak toch sociaal-economisch?
Beeckman: De overheid probeert wel om hun sociaal-economische situatie te verbeteren. De Molenbekenaars die betrokken waren bij de aanslagen in Parijs bijvoorbeeld hadden een sociale woning en ze kregen ondersteuning vanuit de samenleving.
Ik denk dat het al misloopt bij de vraag ‘wat doen wij fout?’. Als je zegt dat wij fout zijn, dan neem je die jongeren niet ernstig als mens. Zij kunnen nochtans net zo goed als wij hun lot in eigen handen nemen.

Hoe komt het dan dat die jongeren niet gecharmeerd raken door de verlichtingsidealen?
Beeckman: De vraag die we ons moeten durven stellen is of iemand die jongeren de idealen van verlichting en democratie ooit heeft uitgelegd. Wij zijn zelf trouwens heel slordig omgegaan met de idealen van de verlichting.
In de jaren negentig, na de val van de Muur, heerste de idee: de liberale democratie blijft altijd bestaan, als een soort basso continuo. Maar die baseline is helemaal niet vanzelfsprekend. Dat is wat we vandaag ervaren.

Je zou kunnen opperen dat vrouwen die een boerka dragen zich buiten de maatschappij plaatsen. Dat zij niet langer van de voordelen van diezelfde maatschappij moeten kunnen genieten.
Beeckman: De liberale democratie vertrekt vanuit het autonome individu dat vrijheden krijgt. Het moet ook zijn eigen voorkeuren kunnen beleven. Dat impliceert de vrijheid van vereniging en vergadering, de vrijheid van meningsuiting en ook de vrijheid van godsdienst.
De boerka is de uitdrukking van een logica die haaks staat op de liberale democratie. De boerka behoort tot een logica waarin niet het autonome individu centraal staat, maar waarin de morele code gedeclameerd wordt door een god, Allah. Een theocratie dus waarin het liberale individu geen rechten heeft.

Zijn we in een democratie dan niet vrij om voor de onvrijheid te kiezen?
Beeckman: Theoretisch zijn we vrij om voor de onvrijheid te kiezen. Maar in een democratie is die keuze wel problematisch. De code waar die boerka voor staat, miskent niet alleen de vrijheid maar ook de gelijkheid tussen man en vrouw.
Zoals ik al zei, is burgerdeugd belangrijk. De democratie leeft van debat. Je geeft je mening, je neemt deel aan het publieke leven. Als de vrije ontmoeting tussen burgers in de publieke ruimte beperkt wordt door gezichtsbedekking, dan is dat een probleem.
Sommige vrouwen mogen niet deelnemen aan het publieke leven. Ze mogen de straat niet op. Ze hebben buiten hun beperkte kring van de familie en een paar vriendinnen geen enkel contact. Dat staat haaks op de verlichtingsideeën en de idee van de democratie.

Misschien kan de vrouw in boerka die geen werkloosheidsuitkering meer krijgt, dan wel terecht bij een islamitisch liefdadigheidsfonds.
Beeckman: We moeten ons goed bewust zijn van het verschil tussen sociale zekerheid en liefdadigheid. Sociale zekerheid is te verkiezen omdat ze structureel de positie van de zwakkeren verbetert.
Het hele systeem van herverdeling veronderstelt een minimale seculiere staat. Dat wil zeggen: je betaalt belastingen en de staat herverdeelt ongeacht je geloof. In landen waar heel weinig sociale zekerheid is, bestaat vaak wel liefdadigheid. Je zag dat onder George Bush in de Verenigde Staten. Hij heeft allerlei programma’s doorgevoerd die de sociale zekerheid beperken maar de liefdadigheid op basis van geloof versterken met belastingvoordelen voor kerken. Je hebt dan wel een solidariteit, maar een heel voorwaardelijke: als je ook evangelisch bent, naar de kerk komt en bijdraagt voor die kerk, dan is er de mogelijkheid dat als je ziek wordt, er voor je gezorgd wordt.

Hoeveel cohesie moet er in een superdiverse samenleving zijn om de boel leefbaar te houden?
Beeckman: Er moet een gedeelde overtuiging zijn dat de democratie het beste systeem is om zoveel mogelijk vrijheid én gelijkheid te garanderen. Wat niet betekent dat alle burgers over elk thema hetzelfde moeten denken. Ze mogen het oneens zijn maar wel binnen een democratisch kader.

Sommige Turken en Belgen van Turkse origine genieten hier, net zoals wij, van de Westerse vrijheden, maar steunen ondertussen het beleid van Recep Erdogan in Turkije.
Beeckman: Er is een loyauteit ten aanzien van Turkije omdat Erdogan een nationalistische politiek voorstaat. Die is nationalistischer dan eender welke nationalistische partij in Europa. Volgens de Britse historicus Tony Judt heeft de Europese identiteit te maken met een kritische blik op het eigen verleden.
Het heeft lang geduurd voor West-Europa komaf heeft gemaakt met het oorlogsverleden en de Jodenvervolging. Eerst was het allemaal alleen de schuld van de Duitsers. Maar de Duitsers hadden de holocaust nooit op zo’n schaal kunnen organiseren als er niet nog mensen uit andere landen aan hadden meegewerkt. Elk verhaal van een bezetting is ook een beetje het verhaal van een collaboratie. Het heeft lang geduurd voor dat pijnlijke historische beeld werd bijgesteld.
In Turkije gebeurt zo’n bijstelling nooit. Er is niet alleen geen enkel monument voor de herdenking van de Armeense genocide, er is tout court een ontkenning. Als een journalist schrijft dat er een Armeense genocide heeft plaatsgevonden, riskeert hij een gevangenisstraf.

De SP.A heeft onlangs een Belg van Turkse origine uit de partij gezet omdat hij iets te hard supportert voor Erdogan. En ook van een aantal PS’ers wordt gezegd dat ze dicht bij Erdogan aanleunen.
Beeckman: Als linkse politici hier zijn beleid steunen, maken ze een enorme spagaat. Ik denk dat er weinig zo haaks staat op links-progressieve ideeën als de religieus-fundamentalistische, imperialistische aspiraties van Erdogan. Ik vergelijk zijn recente beleid met dat van Lodewijk XIV, die eind zeventiende eeuw het edict van Nantes opblies. Daardoor hadden de protestanten geen rechten meer en waren ze verplicht zich te conformeren aan het katholicisme. Het gevolg was een enorme braindrain.
Wat Erdogan doet, is een beetje hetzelfde. Hij maakt de intellectuele elite van zijn land het leven onmogelijk. Dat wordt voor Turkije een enorme intellectuele verarming. Zelfs al ben je voor een sterke leider, zelfs al voel je je Turks nationalist, dan nog moet je inzien hoe nefast en onmenselijk deze heksenjacht op denkbeeldige tegenstanders is.

In Brussel en in Vlaanderen stond het onverdoofd slachten de jongste tijd weer op de politieke agenda. Valt dat onder godsdienstvrijheid, of heeft het parlement het laatste woord?
Beeckman: Godsdienstvrijheid impliceert niet dat je mag zeggen: het fundament van de wet is voor mij het woord van God. Je hebt je in de samenleving te houden aan de heersende wetten. Als een meerderheid van de bevolking zegt dat godsdienstige redenen om onverdoofd te slachten of dierenleed te berokkenen onaanvaardbaar zijn – zoals in Denemarken gebeurd is – dan moet iedereen die wetten naleven.
Natuurlijk schiet ook het Westen tekort. Aan vele vormen van dierenleed wordt amper iets gedaan. Ik denk aan massaproductie, het snel vetmesten van kippen of varkens.

Moet de godsdienstvrijheid wel in de grondwet staan? Volstaat de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van vereniging niet om godsdienstvrijheid te garanderen?
Beeckman: Ik denk dat dat een interessante suggestie is. Het zou in elk geval heel veel problemen oplossen omdat je het principe dan ook niet meer kan inroepen.

U bedoelt dat de godsdienstvrijheid dan niet meer kan ingeroepen worden om bijvoorbeeld het dragen van een boerkini, hét onderwerp van deze zomer, te verdedigen.
Beeckman: Voor het recht op een boerkini wordt geen godsdienstvrijheid ingeroepen maar wel een liberaal principe om nota bene een antiliberale code ingang te doen vinden. Als de boerkini ons voorhoudt dat de vrouw alleen eervol is als ze zich bedekt, dan zijn alle vrouwen die zich niet bedekken oneervol. En dan zit je als samenleving met een probleem.
Dan zijn er onvermijdelijk plekken waar vrouwen onder druk worden gezet of uitgescholden omdat ze niet zedig zijn. Die vrouwen hebben recht op bescherming. Vrijheid betekent ook dat je vrij bent van het oordeel van een ander. Ik ben verantwoordelijk voor mijn eigen opvattingen maar ik ben als vrouw niet verantwoordelijk voor wat in het hoofd van mannen omgaat. Als die een probleem hebben, moeten ze dat zelf oplossen.

In Brussel, net als in sommige andere steden, houden militairen tegenwoordig de wacht. Zullen we zo de strijd tegen de IS-ideologie winnen?
Beeckman: Dat is een moeilijke kwestie. De staat moet natuurlijk wel de veiligheid garanderen, maar de inzet van geweld door de staat moet ook beperkt zijn. De militarisering van de politie vind ik problematisch. Je ziet dat in Amerika waar een enorm militair apparaat is en waar de politie steeds zwaardere militaire wapens krijgt. Je ziet hoeveel onschuldige burgers daar worden neergeschoten. Ik denk niet dat we zo de strijd tegen IS en hun ideologie kunnen winnen. Ik denk dat je om die strijd te winnen met positieve, wervende verhalen moet komen om jongeren die dreigen te radicaliseren voor ons samenlevingsmodel en de democratie te winnen.”

Dit interview maakt deel uit van een reeks waarin Thomas Decreus en Helder De Schutter ook geïnterviewd werden.

‘Background Educations’ in Antwerpen, Gent, Mechelen, Brussel

Unknown-1Op dinsdag 1 december gaf ik een lezing voor Background Educations in Antwerpen, over radicalisme. Het was een fijne avond, voor een geïnteresseerd, divers publiek.

Background educations organiseert cursussen voor wie nog wil studeren, in Antwerpen, Brussel, Mechelen en Gent. Meer dan 100 docenten van allerlei universiteiten werken hieraan mee.   Nog tot 15 januari kan je je inschrijven op hun site.  Het is zeker de moeite om het programma eens te bekijken.

“Je hebt een druk leven, een leuk gezin, én hobby’s. Dan heb je geen tijd meer om nog iets bij te leren, toch? Wel, think again! Background Educations is jouw sleutel tot die opleiding die je altijd wilde volgen, maar waar je nooit tijd voor had. Wij maken de razend interessante kennis van universiteiten beschikbaar voor volwassenen met weinig tijd. Zonder examens. Mét tweewekelijkse avondlessen van meer dan 150 docenten van 10 verschillende universiteiten. Nadien ontvang je een certificaat met de lessen, professoren en universiteiten.

Kies jouw opleiding! Digitale innovatie, Klimaat en duurzaamheid, Business en economie, Literatuur, Wereldculturen, Filosofie, Biologie of Europese politiek.”

Camus – ‘Caligula’, vrijdag 11 dec., Kaaitheater

Vrijdag 11 december geef ik om 19.00 uur  een lezing over Macht, nav de voorstelling van ‘Caligula’ van Albert Camus,  in het Kaaitheater te Brussel.

“Toneelhuis / Guy Cassiers
Caligula

De naakte waarheid
images-2Met Caligula zet Guy Cassiers zijn zoektocht verder naar de figuur van de macht en de machthebber. Albert Camus (1913-1960) voltooide zijn drama over de wreedste onder de Romeinse keizers net voor de Tweede Wereldoorlog, maar het werd pas na de oorlog opgevoerd. Het stuk is mede omwille van de oorlogsgebeurtenissen, niet onterecht, geïnterpreteerd als een aanklacht tegen dictatuur en machtsmisbruik. Maar Camus’ Caligula is ook een drama over de verpletterende existentiële confrontatie met de dood. Continue Reading ›

“Geen toekomst zonder emancipatie”, Column DS, 30 nov. 2015

UnknownDit artikel verscheen in De Standaard op maandag 30 november 2015.

“‘Wie outcasts zaait, kan kamikazes oogsten’, aldus Jan Goossens. En het zal van ons afhangen hoe de toekomst evolueert (DS, 28/11). Maar hoe vermijd je outcasts? Je moet een fatsoenlijke school hebben, een goede job en goede relaties, weet Goossens. Hoe krijg je dat voor mekaar?

Ik denk juist door de relatie tussen culturele, religieuze en sociaal-economische argumenten te bekijken. Bij de achterstand vallen sociaal-economische en ethnische groepen steeds meer samen. Kortom, de relatie tussen het geloof, de etnisch-culturele achtergrond van de ouders en hun economische positie, bepaalt steeds meer hoeveel kansen hun kinderen hebben.

Daarbij speelt gelijkheid tussen mannen en vrouwen een grote rol. Die gelijkheid is dus fundamenteel, niet alleen omdat ze een democratische waarde en een liberaal recht zou zijn. Ook omdat ongelijkheid tussen de ouders een nefaste dynamiek veroorzaakt. Wetenschappelijk onderzoek, bijvoorbeeld van Marc De Vos, heeft aangetoond dat de kloof tussen gezinnen erg groot is naarmate de vrouwen onafhankelijk en hoger opgeleid zijn, of niet. De ongelijkheid tussen gezinnen is vergroot, omdat er steeds meer werkende vrouwen zijn, die vrij hun partner kiezen (meestal hoger opgeleid zoals zij), en die een liberale houding hebben tegenover geboortebeperking. Vooral die gezinnen zijn er op vooruit gegaan: de ouders van de hoger opgeleiden hebben geïnvesteerd in opleiding en opvoeding van die kinderen, zorgden voor bijscholing als dat kon en nodig was. Emancipatie verkleint dus de ongelijkheid binnen het gezin – mannen en vrouwen worden gelijker. Maar die emancipatie vergoot de ongelijkheid tussen gezinnen: als de vrouwen niet geëmancipeerd zijn, dreigt voor hun kinderen een onoverbrugbare afstand tegenover de andere kinderen. Continue Reading ›

“Apartheid in België ?”, Column DS, 27 april 2015.

Unknown 08.33.05“Soms lees je zo’n absurde bewering dat je meteen de bladzijde wilt omslaan. Bert Anciaux stelt dat we hier dezelfde principes toepassen als tijdens de apartheid in Zuid-Afrika (Knack 22 april). In dat interview zegt hij ook ‘zichzelf niet als het grote licht te beschouwen’. Die eerlijke vaststelling zou kunnen volstaan om zijn gesprek gewoon te vergeten. Maar ook groteske uitspraken hebben consequenties. En die zijn niet onschuldig: de term ‘apartheid’ maakt van de etnisch-culturele minderheden hier slachtoffers van wrede misdaden tegen de menselijkheid. Zulke misdaden worden dan zelfs door de staat georganiseerd. Hoe kun je verwachten dat deze mensen meewerken aan onze samenleving wanneer een politicus zoiets onzinnigs beweert?

Unknown Anciaux omschrijft apartheid foutief als ‘het ontnemen van culturele identiteit’.

Eigenlijk is apartheid een officieel systeem van rassensegregatie op basis van een      pseudowetenschappelijk racisme: ‘ras’ bepaalt het recht op deelname aan politiek, het recht op aankoop van huizen, het recht op toegang tot scholen. Geldt dat hier? Natuurlijk niet. Fundamentele rechten zijn gewaarborgd, in België, maar ook in de Europese Unie.
In Zuid-Afrika veegde de apartheid de beleving van cultuur en identiteit trouwens niet uit: ze legde de nadruk op eigenheid, op gescheiden ontwikkeling. Dat Anciaux totaal verward is, blijkt dan ook uit zijn kritiek op het huidige inburgeringsbeleid als een assimilatiecultuur: assimilatie is juist het tegenovergestelde van apartheid. Het betekent dat alle burgers als één ondeelbaar politiek-cultureel geheel worden beschouwd, zoals in Frankrijk tijdens de negentiende eeuw. Continue Reading ›

Debat “Hoe bereiken we evenwicht tussen mens en natuur?”, Ecopolis, 26 april 2015

Op zondag 26 april neem ik in het Kaaitheater Brussel deel aan een debat over een duurzame samenleving, georganiseerd door ‘Ecopolis’ (vroeger Het Groene Boek):

14U30 DEBAT 2: VAN GROEI-ECONOMIE NAAR BALANSECONOMIE
Hoe vervangen we onze groei-economie die de grenzen van mens en planeet overschrijdt door een balanseconomie in evenwicht met wat mensen en natuur kunnen dragen? Voer voor discussie voor econoom Frederico Demaria (ES), co-auteur van ‘Degrowth. A vocabulary for a new era’, docente filosofie Camille Dejardin (FR) en columniste Tinneke Beeckman (BE).

De hele dag (vanaf 11.00 uur) zijn er debatten, lezingen, gesprekken. En om 17.15 geeft Alberto Acosta (voormalig minister van Energie in Ecuador) de keynotelezing over het goede leven in de Andes.

“Ecopolis is de dag en de plek om samen plannen te maken voor een duurzame toekomst. Omdat ecologische uitdagingen geen taal- of landsgrenzen kennen, gaat Ecopolis voor divers, internationaal en interactief. Centraal staan gesprekken over de cruciale uitdagingen van onze tijd op vlak van ecologie, economie en samenleving. Met uit heel Europa schrijvers, wetenschappers en denkers uit het middenveld.

Dit zijn de thema’s:

– Is er, in het zoeken naar hoopvolle verhalen, terug ruimte voor utopisch denken? Continue Reading ›