Argwaan is geen kritisch denken, column DS, 29 okt. 2020

“Rond de covid-epidemie circuleert heel wat informatie op sociale media. Niet alle informatie is even betrouwbaar. In het tv-programma Zondag met Lubach nam de Nederlandse komiek Arjen ­Lubach de malafide platformen, de ­desinformatie van ‘de online fabeltjesfabriek’ in de maling: honderdduizenden gebruikers surfen van het ene naar het ­andere filmpje waarin influencers beweren dat de corona-epidemie nepnieuws is, dat vaccins straks een chip bevatten waarmee de overheid burgers controleert, of dat ‘de elite’ satanische, pedofiele netwerken onderhoudt. Ook Vlaamse influencers delen gretig deze verhalen.

Lubach probeerde het succes van ­deze verhalen te achterhalen. Mensen houden van sensatie. En sociale platformen willen zo lang mogelijk de aandacht van kijkers capteren om advertentiegeld te verdienen. Ze hanteren ­algoritmes die de verspreiding van spectaculaire, extremere verhalen bevorderen. Gebruikers denken intussen dat ze neutrale, belangeloze informatie lezen, maar dat klopt niet. Ze zitten opgesloten in een verdienmodel dat geen rekening houdt met waarheid of feiten. Lubachs uitleg klopt, maar er is een breder, langer proces dat het negeren van feiten in de hand heeft gewerkt.

Eén voedingsbodem is de idee dat ­elke interpretatie van kennis – en dus elke aanspraak op waarheid – slechts een gevolg is van een machtsstrijd, ­zoals een aantal postmoderne denkers meende (en vooral hun minder getalenteerde volgelingen al te eenvoudig toepassen). Dit thema kaartte ik vijf jaar geleden aan in mijn boek Macht en onmacht. Als je waarheid opvat als een kwestie van machtsverhoudingen, heb je weinig oog voor de criteria van kritisch onderzoek op zich – de methoden, bronnen en de werkwijze om waar van vals te onderscheiden.

Denken in termen van macht creëert morele verschillen: als de algemeen erkende waarheid slechts voortvloeit uit een machtsstrijd, dan bestaan er verzwegen, onuitgesproken, ‘echt ware’ ideeën die nergens aan bod komen. De ‘onderdrukte waarheid’ wordt de waarheid van de onderdrukten. Deze ongelijkheid valt alleen te corrigeren door de bestaande machtsrelaties te contesteren. Complotdenkers hebben deze manke logica overgenomen: ze geloven dat een elite het onderdrukte, genegeerde volk manipuleert. Ze gaan eraan voorbij dat elk waarachtig onderzoek – wie het ook bedenkt – aan bepaalde criteria moet voldoen.

Deze visie op waarheid en macht gaat gepaard met een moreel superioriteitsgevoel: de complotdenker beschouwt zichzelf als de moedige, strijdende mens die zich tegen ‘de elite’ ­verzet. Hij probeert tenminste ‘echt’ kritisch te denken, terwijl de andere mensen ofwel goedgelovige dwazen zijn, ofwel deel uitmaken van het complot.

Nu is het belangrijk om overheid en media kritisch te benaderen. Alleen verwarren complotdenkers argwaan met kritisch denken – precies omdat ze geen criteria voor waarachtigheid hanteren. Argwaan betekent dat je vermoedt dat anderen te kwader trouw handelen. Bij kritisch denken kun je vaststellen dat anderen zich vergissen, dat hun insteek beperkingen heeft, of dat ze een andere visie verdedigen dan de jouwe. Maar je vertrekt niet van het vermoeden dat ­anderen de samenleving intentioneel schade willen berokkenen.

Samenzweringstheorieën floreren in tijden van onvoorspelbare veranderingen. Elke complotdenker veronderstelt dat grote gebeurtenissen grote oorzaken moeten hebben; dat een diepe ­crisis wel het gevolg moet zijn van ­iemands intentie, van iemands uitgevoerde plan. Want toeval en chaos zouden zulke omwentelingen nooit kunnen verklaren. Heel wat mensen weigeren te aanvaarden dat lijden en ellende doelloos en onopzettelijk voorkomen. Maar het stormt mondiaal zonder dat één partij of één groep mensen aan het roer staat. Globalisering, kapitalisme en technologische ontwikkelingen brengen een dynamiek op gang die geen enkele deelnemer helemaal overziet. Dat is een beangstigende gedachte waar mensen mee moeten leren leven.

De laatste jaren komt bij al die factoren nog de grootschalige fabricatie van leugens bij, bijvoorbeeld vanuit QAnon, een extreemrechtse complottheorie die bepaalde politici, onder wie Joe Biden, van pedofilie beschuldigt. Niemand weet precies wie hier achter zit. Maar volgens deze theorie zouden de aanhangers van Trump door de deep state ­(geheime machtsorganisaties) geviseerd worden. Hier worden mensen die zich onmachtig en benadeeld voelen, gemanipuleerd om politieke machts­relaties te beïnvloeden.

Wat valt eraan te doen? De verdienmodellen van sociale media die de fabeltjesproductie stimuleren, moeten op de schop. Verder is het bijzonder moeilijk om complotdenkers te corrigeren, omdat hun denkwijze immuun is voor kritiek: dat academici, politici of journalisten hun complottheorie ofwel negeren ofwel weerleggen, bevestigt voor hen de waarheid ervan. Complotdenkers belerend toespreken, helpt dus niet. Vooral omdat heel wat onder hen zich al miskend voelen. Vanuit hun ­eigen onvermogen projecteren ze een almacht op de ander. Als je hen wil overtuigen, moet je rekening houden met hun verlangens en bezorgdheden. En met hun drang om erkend te worden als valabele, kritische burgers. Met wat geluk zit daar enig potentieel.”

Deze column verscheen in De Standaard op 29 oktober 2020.

“Niets is geheel waar, en zelfs dat niet”, artikel DS, op 11 maart 2017

“Het volstaat niet om met veel argwaan en ongeloof in de wereld te staan om kampioen kritisch denken te worden. Maar argwaan verdeelt wel, en dat is problematisch. Tijdens een belangrijk televisie-interview op zondag 5 maart, suggereerde presidentskandidaat Fillon dat grote televisiestations een gerucht over de zelfmoord van zijn vrouw hadden verspreid. Fillon levert echter geen bewijs. Nochtans zou hij de uitgezonden beelden moeiteloos op een website kunnen posten.
Maar het kwaad is geschied: Fillon werpt een schaduw van wantrouwen over de media. Zijn achterban krijgt de indruk dat hun kandidaat het slachtoffer is van een georkestreerde aanval. Het is maar één voorbeeld van een recent fenomeen: dat politici leugens gebruiken om hun gelijk te halen, gratuit beschuldigen zonder aandacht voor de feiten. Dat is natuurlijk nefast.

Het zegt ook iets onheilspellends over de leiders die burgers dreigen te krijgen. Maar politici zijn slechts een zichtbare illustratie van een verregaander proces: dat kritisch denken verkeerd wordt begrepen. Argwaan wijst eerder op een gebrekkig oordeelsvermogen dan op een scherpe geest. Voor deze ontwikkeling zijn niet alleen politici verantwoordelijk: de hedendaagse visie op het kritische denken, technologisch ontwikkelingen (sociale en andere media) en de logica van winstbejag spelen ook mee.

Deels is het kritische denken zelf verantwoordelijk voor de verwarring, aldus de Franse wetenschapsfilosoof Bruno Latour. Latour verwierf internationale faam toen hij in een studie beschreef hoe ingenieurs van een metro-project minder rationeel beslisten dan iedereen aannam. De wetenschappelijke methode moest dus zelf kritisch worden bekeken. Maar ondertussen is die sceptische blik doorgeslagen, vindt hij. Hij verwijst naar de klimaatverandering om de onmacht van het kritische denken aan te kaarten, in ‘Why Has Critique Run out of Steam?’. De mogelijkheid om feiten aan te tonen, los van een subjectieve interpretatie, beschouwden vele aanhangers van de kritische theorie als twijfelachtig: elke voorstelling van feiten is ingebed in een discours, en participeert, bewust of onbewust aan een ideologische keuze. De context waarin elk mens spreekt, is bepalend voor zijn denken. Op een bepaald ogenblik, klonk dit postmoderne denken terecht kritisch en fundamenteel anti-totalitair.

Maar de tijden zijn veranderd: de kritiek heeft alles verdacht gemaakt, inclusief zichzelf. En toch, noteert Latour, die doceert aan het befaamde Science Po te Parijs, worden nog altijd doctoraatsprogramma’s opgezet, om aan jongeren te leren dat feiten het resultaat zijn van een constructie, van de keuzes en de retorische trucjes. De studenten leren dat een natuurlijk, onmiddellijk, niet-bevooroordeelde benadering van de waarheid niet bestaat, dat we gevangenen zijn van onze taal, dat die taal ‘fascistisch’ is. En dat de wetenschap dus met de grote argwaan moet worden bejegend.

Wie snel een samenvatting van het werk van de socioloog Pierre Bourdieu oppikt, aldus Latour, een rudimentaire vorm ervan opschrijft en die vervolgens toepast op de werkelijkheid, ziet al gauw duistere krachten en complotten. De gehaaste adepten van Bourdieu leren hun lezers wantrouwig te kijken naar wat mensen om hem heen vertellen. Want die mensen zitten gevangen in subjectieve web van verborgen motieven. Kritisch zijn, is wantrouwig zijn. De ongelovige Thomas had wellicht een punt. Maar zijn achterneefjes denken nu alles beter te weten: wat er op het scherm verschijnt, onthult niets over de echte machtsverhoudingen; wat de pers vertelt, klopt niet; we worden gemanipuleerd door verborgen krachten. Continue Reading ›

“Amerika, land van de Ottomanen”, column DS, 1 dec. 2014

“De Europese president Van Rompuy en de Turkse president Erdogan stonden in het nieuws de afgelopen week. Wie hun uitspraken vergelijkt, merkt hoe groot de kloof is tussen de politieke projecten van Europa en die van Turkije.

Het kerkhof ligt vol met onvervangbare mensen, zei De Gaulle in een vlaag van bescheidenheid. Ook Van Rompuy laat optekenen dat elke politicus inwisselbaar is: het zijn niet personen die de geschiedenis maken. Het is gevaarlijk om in je eigen legende te geloven. Dat hij ‘het ergste’ heeft kunnen voorkomen vindt Van Rompuy zijn grootste verdienste. Hij benadrukt luciditeit en relativering van macht en aanzien. In het Europese project overheerst realisme. Van Rompuy maakte geen enkele verwijzing naar een mythisch, groots verleden en heeft een realistische visie op de toekomst. Het doel van Europese leiders vandaag is “om de boel bij elkaar te houden”.

Bij Erdogan daarentegen is er geen gebrek aan ambitie. De Turkse president liet onlangs een paleis bouwen dat vijftig maal zo groot is als het Amerikaanse Witte Huis. Hij noemt de derde brug over de Bosphorus de Yavuz Sultan Selim Brug. Selim I was een Soennitische sultan die het Ottomaanse rijk uitbreidde tot Syrië, Saoedi Arabië en Egypte, en die de Ottomanen tot de leiders van de moslimwereld maakte. Continue Reading ›

Spinoza op ‘Zomerschool over Verlichting’ – KULeuven

Tijdens de eerste week van de tweede zittijd organiseert de KULeuven haar ‘Zomerschool‘. Dit jaar is het thema ‘de Verlichting en haar critici’.

Ik geef een college over Spinoza, radicale denker  op maandag 18 augustus, van 15.00 tot 18.00 uur.

 

“De vroegmoderne filosoof Spinoza (1632-1677) leefde ten tijde van de Nederlandse Republiek. Omwille van zijn radicale denkbeelden wordt hij vaak als een voorloper van de achttiende eeuwse Verlichting gezien.  De filosoof werd verbannen uit de Joodse gemeenschap van Amsterdam omwille van zijn kritische ideeën en leefde sober en teruggetrokken als lenzenslijper. Beïnvloed door Descartes’ wetenschappelijke methode stelde hij de heersende denkbeelden over mens, maatschappij en religie in vraag. Zijn naturalistische visie op God, de wereld en de mens vormde de basis voor zijn Ethica, waarin leven onder heerschappij van de rede leidt tot vrijheid en geluk. Spinoza was bovendien ook een pleitbezorger van de democratie: zijn Theologisch-Politiek Traktaat is een harde kritiek op religieus fanatisme en pleidooi voor vrijheid van denken. We lezen enkele tekstfragmenten uit de Ethica.”

De andere colleges worden verzorgd door Bart Raymaekers over Kants ‘Was ist Aufklärung’, Rudolf Bernet over Husserl, Stéphane Symons over De Frankfurters, Bart Engelen over autonomie en rationaliteit, Stefan Rummens over Habermas, Andreas De Block over evolutionisme,  Antoon Vandevelde met een afsluitende reflectie over Rousseau.

Plaats: Hoger Instituut voor Wijsbegeerte, Kardinaal Mercierplaan 2, Leuven.

Kritisch denken volgens Spinoza – ook vandaag

In de Ethica beschouwt Spinoza de rede als de weg naar vrijheid. Maar wat verhindert de mens om redelijk te denken? En wat betekent kritisch denken, bijvoorbeeld om de actualiteit te ontleden? Welke moeilijkheden kan je als lezer ondervinden? Maar eerst, Spinoza’s analyse van de geest. 

I. Spinoza en de misleiding van de geest

Mens als klein deeltje van het universum

Wat betekent de rede gebruiken? De mens beschikt over de rede. Zowel de capaciteiten als de beperkingen van de mens hangen samen met zijn plaats in de wereld, met de natuur, met de visie op God.  Continue Reading ›

Blauwe Maandag – over kritisch denken

Vandaag spreek ik voor de studenten van LVSV (Liberaal Vlaams StudentenVerbond) in Leuven. Thema: wat betekent kritisch denken?

Het gesprek begint om 20 uur in het M-café, Savoyestraat te Leuven.

De aanleiding was mijn column ‘Kritisch denken, ook al doet het pijn‘ (DM, 3/08/2013).

Vanavond begin ik vanuit de traditie: Spinoza en de Verlichting. Dan geef ik enkele praktische tips, en enkele praktische voorbeelden om de verslaggeving over de wereld kritisch te benaderen.

Van harte welkom!

Tegendraads: intellectueel Philippe Van Parijs

Unknown

Philippe Van Parijs

Naar aanleiding van mijn artikel in De Morgen ‘Kritisch denken moet, ook al doet het pijn‘, stuurde Philippe Van Parijs me één van zijn teksten op.

De tekst is een mooie illustratie van wat ik wilde zeggen over de rol van intellectuelen in mijn stuk.

“Philippe Van Parijs se dit perplexe Réponse à Anne-Rosine Delbart
Le Vif, 26 novembre 2011, p.128

Anne-Rosine Delbart (ULB) n’est pas surprise que je défende diverses “thèses flamandes” parce que, dit-elle “Philippe Van Parijs a beau être titulaire de la chaire Hoover à l’UCL, il n’en est pas moins flamand” (Le Vif, 12/11/10). Continue Reading ›

Opiniemakers van Morgen, in ‘De Morgen’

UnknownDe Morgen maakt tijdens de zomer een reeks waarin gevestigde opiniemakers elke zaterdag iemand voorstellen. Etienne Vermeersch vroeg mij om een bijdrage te schrijven over de rol van intellectuelen.

opiniemaakster van morgen, Tinneke Beeckman

copyright – Bob Van Mol

Waarom koos hij mij? “Er zijn verschillende redenen waarom ik ervan overtuigd ben dat Tinneke Beeckman tot de Vlaamse opiniemakers van morgen kan gerekend worden, al is ze dat ook al vandaag. Er is vooreerst haar voortreffelijke academische loopbaan tot op heden: ze doctoreerde in 2003 in de moraalwetenschappen magna cum laude; ze was achtereenvolgens aspirant en postdoctoraal onderzoeker aan het FWO en ze schreef in deze context een reeks waardevolle publicaties. Continue Reading ›