“Diversiteit mag geen ideologie zijn”, column DS, 29 juni 2017

“Diversiteit is vandaag een feit geworden. In een diverse en rechtvaardige samenleving kunnen heel verschillende mensen harmonieus samenleven. Maar diversiteit kan ook een ideologie worden. Ze wordt dan bejubeld omdat ze per definitie positief zou zijn. Jammer genoeg kan diversiteit als ideologie polarisering juist in de hand werken. Elk voordeel heeft zijn nadeel, zei een beroemde filosoof. Twee recente voorbeelden illustreren zijn gelijk: het opiniestuk ‘Bonje in Berkeley, maar het is niet de schuld van Trump’ (DS 24 juni) en het debat over Erdogans plan om de evolutietheorie in het onderwijs af te schaffen (DS 23 juni) .

Vooreerst is er feitelijke demografische diversiteit: de samenleving bestaat uit verschillende burgers qua etnische achtergrond, religieuze beleving, seksuele voorkeuren, leeftijd, geslacht en scholingsgraad. Idealiter wordt die demografische diversiteit weerspiegeld op de werkvloer, in scholen, in het politieke of openbare leven. Het is rechtvaardig om die diversiteit te verdedigen, en jammer genoeg loopt het daar soms mis.

Maar dan is er een ideologische oproep tot diversiteit, en die leidt tot een onoverbrugbare wij-zijtegenstelling. In zijn opiniebijdrage over conflicten tussen studenten aan Berkeley vermeldt Jeroen Dewulf ‘de eis voor respect op de eigen visie en het beleven van de eigen identiteit die zo extreem wordt geformuleerd dat al het andere als belemmerend en beledigend wordt ervaren’. Studenten gaan met elkaar op de vuist, omdat ze elkaars controversiële sprekers niet verdragen. Eerder waren er al conflicten rond ‘safe spaces ‘op campussen. Studenten van minderheidsgroepen eisten vanuit hun specifieke etnische, seksuele of religieuze identiteit het recht om veilige plekken te hebben, waar ze zich niet aan de meerderheid hoefden aan te passen. Dit gaat dus niet over diversiteit binnen een inclusieve samenleving of gemeenschap, maar over groepen die radicaal tegenover elkaar staan.

Die polarisering is niet de schuld van Donald Trump en zijn opruiende taal. Deze kwalijke evolutie hebben progressieven ­helemaal aan zichzelf te danken. Vlak na Trumps verkiezing schreef de liberale filosoof Mark Lilla: ‘De fixatie op diversiteit in onze scholen en in de pers heeft een generatie van liberalen en progressieven geproduceerd die narcistisch onwetend zijn over de toestanden buiten hun zelfbepaalde groepen, en onverschillig voor de nood om Amerikanen te bereiken in alle groepen.’ De radicale beleving van diverse identiteiten bevestigt groepen in hun morele superioriteit en verhindert dat ze zich solidair voelen met wie niet tot hun groep behoort.
Langzaamaan knaagt dit fenomeen ook aan het vrije onderzoek: wetenschappelijke debatten dreigen aan het diversiteitsideaal te worden opgeofferd. Tot een veilige plek aan de universiteit behoort het recht op veilige boeken, cursussen en gesprekken. Er ontstaat een recht op gefilterde en selectieve ideeën, die niemand tegen de borst stuiten. Het is een alarmerende ontwikkeling aan instellingen, waar de scherpste geesten elkaar zouden moeten versterken.

Diversiteit als ideologie is dus nefast voor het vrije denken. Neem nu het debat rond Erdogans plan om de evolutietheorie uit de lessen van het middelbare onderwijs te schrappen. Ook bij Vlamingen van diverse roots vindt die maatregel heel wat bijval, schreef Fouad Gandoul in De Morgen . Wie de evolutietheorie aanvaardt, wordt terechtgewezen omdat hij de basisbeginselen van de islam zou verloochenen.

Charles Darwins publicaties ontlokten ook in zijn tijd stormen van protest. Maar ondertussen mag het duidelijk zijn – over alle politieke of religieuze verschillen heen – dat de wetenschappelijkheid van een theorie niet afhangt van de vraag of ze overeenstemt met iemands geloof of identiteit.

Nog een andere kwestie wordt het, wanneer diversiteit wordt ingeroepen om zo’n verzet te rechtvaardigen. De logica lijkt erg op die van studenten die ‘safe spaces’ eisen: een meerderheidsdiscours verdedigt de evolutietheorie, maar minderheden hebben hun rechten. Lang leve de diversiteit, waar ieder zijn waarheid of wetenschappelijkheid mag kiezen, afhankelijk van waar ieder zich comfortabel bij voelt.

In de Verenigde Staten bestaat er evengoed fel protest tegen de evolutietheorie in het onderwijs. Die tegenkanting komt uit dezelfde hoek: die van reactionaire religieuze bewegingen, die het liefst de moderniteit, met haar ideeën van zelfbeschikking en kritisch denken, zouden afschaffen. Die opvatting heeft dus duidelijk niets met de rechtvaardige strijd voor diversiteit en tegen achterstelling te maken.”

Deze column verscheen in De Standaard op donderdag 29 juni 2017.

Recensie ‘De Tweede Helft’, van Assita Kanko, DS Letteren

Unknown 08.33.05Dit is mijn recensie voor het boek van Assita Kanko, ‘De tweede helft. Tijd voor een nieuw feminisme’, (Lannoo)

“Vrouwen die vrouwen helpen, DS Letteren op vrijdag 27 november 2015.

Achterover leunen omdat je het ver hebt geschopt in het leven, om van je succes te genieten. Assita Kanko zou het makkelijk kunnen, maar het is niets voor haar. Ze werd geboren in Burkina Faso, en heeft zich met verbluffende kracht opgewerkt tot kaderlid van een internationaal bedrijf en politica (ze is MR-gemeenteraadslid in Elsene). In haar vorige boek ‘Parce que tu es une fille’ beschreef Kanko de moeilijkheden op haar pad, die met de cultuur, traditie en godsdienst van haar thuisland te maken hebben. In haar nieuwe boek verbindt ze haar inzichten met het onrecht dat miljoenen vrouwen wordt aangedaan. Kanko is doordrongen van haar maatschappelijk engagement: ze wil het lot van vele niet-gehoorde vrouwen verbeteren en pleit voor een nieuw feminisme. Ze beschrijft het lot dat vrouwen ondergaan, het kleine en het grote geweld, in Europa en in de rest van de wereld.

UnknownZe presenteert een onderbouwd vertoog, verweeft harde cijfers, vreselijke getuigenissen met haar persoonlijk, vaak aangrijpend levensverhaal. Om in Europa te beginnen: Kanko wijst er op dat de overgrote meerderheid van de klachten tegen verkrachting in ons land niet tot een effectieve veroordeling leiden. Ze vermeldt net zo goed andere vormen van seksisme, zoals loonongelijkheid. En ze schetst haar ontnuchterende ervaringen in de politiek waar machistische reflexen hardnekkig blijven bestaan. Over buitenlands en binnenlandse onrecht laat ze onder meer de vermaarde WHO-experte Marleen Temmerman en ‘de machtigste vrouw van de MR’ Valentine Delwart aan het woord. Dat vrouwen moeten elkaar steunen, is een belangrijk motief van het boek: ‘There is a special place in hell for women who don’t help other women’ zei Madeleine Albright. Continue Reading ›

Hoe onze kunstenaars aan politiek doen

Matthias Schoenaerts

Met de regelmaat van de klok geven kunstenaars politieke commentaar. Vooral acteurs, theatermakers en zangers mengen zich in het debat, tot vreugde van sommigen of tot ergernis van anderen. Deze kunstenaars profileren zich als progressief en pleiten veelal in pro-Belgische zin. Maar hoe kunnen we de bijdrage van deze groep tot het politieke debat beoordelen? Waarin bestaat de kritische rol van de kunstenaar? Een korte filosofische reflectie. Continue Reading ›