Op 24 november, de verjaardag van Spinoza (24.11. 1632), heeft de organisatie van de Internationale Spinozalens zowel de dode als de levende denker bekend gemaakt in de Ambtswoning van de burgemeester van Amsterdam.
Het thema is ‘de buitenstaander’. De Dode Denker is Hannah Arendt. En de levende denker is Kwame Anthony Appiah.
Juryleden: Nelleke Noordervliet, Stephan Sanders, Beate Roessler, Paul van Tongeren en Tinneke Beeckman.
De Stichting Internationale Spinozaprijs wil de erfenis van Spinoza levendig houden – met redelijkheid, vrijheid en tolerantie als centrale waarden. Ze wil de traditie van kritische en creatieve denkers eren door een prijs toe te kennen aan een internationale denker die een belangrijke bijdrage levert aan denken over ethiek en maatschappij.
Elke twee jaar wordt een thema gekozen. Het vorige thema was ‘goed en kwaad in de 21ste eeuw’. Aan dat thema is in een eerste jaar een dode denker verbonden, het jaar nadien komt een levende denker hierover spreken. Telkens wordt de viering georganiseerd rond de geboortedag van Spinoza op 24 november.

K. A. Appiah
De laureaat krijgt de Spinozalens-onderscheiding: een sculptuur, een bedrag van 10.000 euro en een speciale uitgave bij Boom. Dus volgend jaar kunnen we Kwame Anthony Appiah verwelkomen en feliciteren. Dan verschijnt ook een bijzonder bijdrage van zijn werk bij Uitgeverij Boom te Amsterdam.
Over Hannah Arendt, en het thema de buitenstaander verschijnt een lesbrief die beschikbaar is voor jongeren uit het middelbaar onderwijs. Hier volgt de toelichting over Arendt:

H. Arendt
“Wanneer Hannah Arendt in 1906 wordt geboren, voorspelt weinig dat ze een rebelse, eigenzinnige denker zou worden, voor wie wereldvervreemding en thuisloosheid belangrijke thema’s zijn. Arendt is het geprivilegieerde kind van welgestelde, geassimileerde Joden in Duitsland. Ze heeft talent voor klassieke talen en filosofie, en volgt les bij Martin Heidegger en Karl Jaspers.
Tijdens de jaren ’20 wordt haar Joodse achtergrond echter een dringende actualiteit: de opkomst van nationaalsocialisme en het bijhorende antisemitisme dwingt Arendt over haar identiteit na te denken. Deze worsteling leidt tot haar experimentele biografie over de Duits-Joodse schrijfster Rahel Varnhagen (1771-1833). Zij hield intellectuele salons aan het begin van de negentiende eeuw. Arendt noemt Varnhagen een ‘innige vriendin, al is ze ongeveer honderd jaar dood’.
Continue Reading ›