“Blijvende inspiratie voor jongeren”, DM, 26 jan. 2019

Na de dood van Etienne Vermeersch, vroeg de krant De Morgen of ik vanuit zijn werk een progressieve boodschap voor jongeren wilde schrijven, naast een stuk van Bart De Wever (die schreef als conservatieve politicus) – “Toen Etienne Vermeersch er was, was de dood er niet, en nu de dood er is, is Etienne Vermeersch er niet meer. Een conservatieve politicus en een progressieve filosofe over zijn nalatenschap.”

“Etienne Vermeersch steunde de betogende klimaatjongeren in Brussel. Eigenlijk hoeft dat niet te verbazen: zijn hele leven stond hij als progressief bekend. Wat kan hij nog betekenen voor progressieve jongeren? Hier zijn vijf suggesties.

1.Vrijheid van denken en spreken is een belangrijk deel van Vermeersch’ erfenis. Vlaanderen kende een autoritaire, patriarchale traditie, vanuit haar katholieke verleden. Die verdwijnt stilaan. Maar er wonen in Vlaanderen ook mensen die evengoed patriarchale culturen gewend zijn. In zo’n cultuur debatteren mensen weinig. Ze hebben zich de autoriteitsargumenten van hun leiders – politiek, cultureel of religieus – eigen gemaakt. Bijgevolg voelen ze zich snel aangevallen wanneer ze worden tegengesproken. Wat je dan niet mag doen, is toegeven aan het adagium dat je niemand mag kwetsen of beledigen. Integendeel, juist dan is redelijk debat nodig. Vermeersch toonde dat redelijke argumenten helpen om conflicten te vermijden. De noodzaak om te denken, om tegenstand te aanvaarden en kritiek te incasseren heeft hij in de praktijk gebracht. Deze vorm van emancipatie is nog altijd nodig.

2. Vermeersch deed ook onbeschroomd een beroep op de waarheid wanneer hij anderen intellectueel oneerlijk vond. Dan schreef hij plechtige zinnen zoals ‘wil meneer x eens de feiten op tafel leggen’, of ‘ de waarheid heeft haar rechten’, of ‘alles wat mevrouw y zegt, is in strijd met de waarheid’. Heerlijk. Vermeersch was niet vatbaar voor de gedachte dat de waarheid niet bestond of dat elke mens zowat zijn eigen waarheid had. Daarmee leek hij ouderwets, maar hij was zijn tijd ver vooruit: de hele discussie over de gevaren van een post-truth tijdperk (waarin politici ongegeneerd liegen, voordien schaamden ze zich nog) heeft aangetoond dat feiten, bewijzen, argumenten cruciaal zijn om kwesties te beslechten. Anders is een democratisch georganiseerd meningsverschil niet meer mogelijk.

3. Progressief zijn betekent het belang van groei herijken. Een economie mag niet alleen in functie staan van groeimaximalisatie. In een interview dat Vermeersch aan De Tijd gaf in 2013 (samen met mij), vergelijkt hij de economie met een piramidespel: ‘deelnemers overtuigen anderen om mee te doen, waarbij de bijdrage van de nieuwkomers wordt uitbetaald aan de vorige deelnemers. Iedereen wint, op voorwaarde dat er telkens meer deelnemers bijkomen, waardoor meer kan worden geproduceerd, en dan meer geconsumeerd. Maar de piramide kan zich niet oneindig uitbreiden. Het systeem teert op grondstoffen die in snel tempo op geraken. Het produceert afval, maar de afvalbakken – bodem, rivieren, zeeën en lucht – lopen vol.’ Kunnen de wetenschappen alle milieuproblemen, ook van kernafval oplossen? In datzelfde interview waarschuwt Vermeersch voor ‘blind vooruitgangsoptimisme’, dat hij even gevaarlijk acht als ‘blind pessimisme’. Wat ook niet helpt, is fatalisme.

4. Voor Vermeersch stond (menselijk) lijden bestrijden centraal. Continue Reading ›

Interview De Morgen “Franse brief en #metoo” 13 jan. 2018

Dit interview verscheen in de reeks ‘Het Kernkabinet’ in De Morgen op zaterdag 13 januari 2018.

“Filosofe Tinneke Beeckman: “Een kus is intiem. Daar wil je als vrouw toch zelf over beslissen?”

Honderd Franse vrouwen, met steractrice Catherine Deneuve op kop, verdedigen in een open brief het ‘recht om vrouwen lastig te vallen’. Conservatief? Nee, vindt filosofe Tinneke Beeckman. ‘Wel oubollig. Zij veronderstellen een incasseringsvermogen bij vrouwen, waarvan de jonge generatie denkt: wij hoeven dat niet te hebben.’

door Eline Delrue

“Verkrachting is een misdaad. Maar aanhoudend of onhandig geflirt is dat niet. En galant zijn is iets anders dan agressief machogedrag”, zo begon het Franse collectief in de krant Le Monde. De schrijfsters, vooral uit de filmwereld, media en wetenschappen, hekelen het “puritanisme” sinds de zaak-Weinstein. Bekendste ondertekenaars van de open brief zijn Catherine Deneuve, grande dame van de Franse film, en de schrijfster Catherine Millet, bekend van de erotische roman Het seksuele leven van Catherine M.

Catherine Deneuve en co. klagen aan dat de MeToo-slinger doorslaat: van feminisme naar mannenhaat. Terecht?

Beeckman: “Ze hebben wel een punt dat je publiekelijk aan de schandpaal kan worden genageld zonder jezelf te kunnen verdedigen. Dat is een van de nadelen van de sociale media, van ‘trial by media’. Als iedereen rechter wordt, dan worden er ook onrechtvaardige vonnissen geveld. Dat is niet de manier om met eventuele misdrijven om te gaan.

“Ook interessant aan hun brief is hoe ze de moraalridders koppelen aan religieuze fanatici en reactionairen. Hoe ze zeggen: ‘Als je vrouwen alleen benadert als slachtoffer, stimuleer je hun autonomie niet.’ Ook waar. Vrouwen hoeven geen slachtoffer te zijn, moeten zich niet vereenzelvigen met wat mannen over hen zeggen of met hen doen. Je hoeft je niet in een slachtofferschap op te sluiten.”

Is het toeval dat deze brief uit Frankrijk komt aanwaaien? Een land waar je ook al makkelijk wegkomt met, pakweg, overspel. 

(lachje) Nee, zeker niet. Op dat vlak is er een enorm verschil tussen de Angelsaksische, meer puriteinse cultuur en de Franse ‘galanterie’ en het spel van de verleiding. Seksualiteit en sensualiteit hangen er veel meer in de lucht. Het maakt er deel uit van het gesprek, de atmosfeer.

“Op zich beantwoordt de galanterie, die al sinds de zeventiende eeuw opgang maakt, al aan een aantal problemen die de MeToo-beweging heeft aangekaart. Want ze houdt juist in dat mannen leren te verleiden met woorden, met hun charmes. Dat ze vrouwen moeten bewonderen, niet minachten. En dat ze geen natuurlijk recht hebben om zomaar in iemands leven binnen te dringen. De regels van die eeuwenoude galanterie schrijven ook discretie voor. Als een relatie spaak loopt, zal de man alle liefdesbrieven teruggeven aan de vrouw, om zo haar reputatie te beschermen.”

Het ‘recht om vrouwen lastig te vallen’, zoals het Franse collectief verdedigt, lijkt daar toch ver van af te staan.

“Klopt, dat woord ‘lastigvallen’ deed me ook schrikken. Wellicht wilden ze de vergelijking trekken met de vrijheid van meningsuiting. Die impliceert ook de vrijheid om te beledigen. Ze maken daar een equivalent op het vlak van seksualiteit: de vrijheid om lastig te vallen.

“Ze hebben het in hun brief ook over berichtjes sturen, zelfs als de ontvangster geen interesse toont. Of over een gestolen kus. Ze hebben nogal een ruime definitie van wat ze toelaten. Een kus is al intiem, niet? Daar wil je als vrouw toch zelf over beslissen. Je ziet, hun interpretatie van het aanvaardbare kan makkelijk afglijden.

“Dominique Strauss-Kahn, om maar iemand te noemen, dat was geen galanterie. Hij was handtastelijk, stuurde honderden sms’en, had een visie op seksualiteit waarin zijn macht speelde. Hij ‘bezat’ vrouwen. Toch namen de Fransen hem zo lang in bescherming. In deze MeToo-tijden zou hij ongetwijfeld in opspraak zijn gekomen, maar het Frankrijk van vijf jaar geleden hield nog graag het potje gedekt.”

“MeToo heeft dus veel veranderd, in positieve zin. Met hun brief willen die Franse dames vooral een visie op cultuur verdedigen die zij bedreigd zien. Als je kijkt naar de films van vroeger, dan zouden heel wat scènes vandaag minder vanzelfsprekend zijn. Maar dat is een cultuur waar zij uit voortkomen, waar zij zich heel sterk mee identificeren.”

Is het dan een generatiekwestie?

“Er is alleszins een generatieverschil. De oudere generatie veronderstelt een incasseringsvermogen, waarvan jongere vrouwen zeggen: ‘Nee, ik hoef dat niet te hebben. Als ik het heb, des te beter. Heb ik het niet en die man stoort mij, dan moet hij ermee ophouden.’ De jongere generatie eist een duidelijkere lijn, is daar assertiever en mondiger in.”

Zoals ook jonge Françaises op sociale media lieten verstaan: zij nemen er geen vrede mee als er in de metro een man tegen hen aan komt schurken. Iets wat de briefschrijfsters als een ‘non-event’ afdoen.

“Dat is het grootste probleem van de brief: de schrijfsters gaan ervan uit dat elke vrouw de kracht en de autonomie heeft om te denken: ‘Het is niet omdat een man in de metro tegen mij aanschurkt dat ik me slachtoffer moet voelen.’ Dat veronderstelt dat elke vrouw zoiets psychologisch en lichamelijk kan plaatsen. Zelf zijn die dames heel geëmancipeerd, ze hebben hun carrière, hun eigen stem. Akkoord, principieel hebben ze gelijk. Maar er zijn veel vrouwen in andere contexten die wel wat meer bescherming nodig hebben om zoiets te verwerken.”

Hoe conservatief is hun standpunt dan eigenlijk?

“Conservatief, nee. Wel oubollig. Dat is niet helemaal hetzelfde. Zij willen wijzen op de mogelijke gevaren van een puriteinse houding. Feit is: die puriteinse houding laat een zekere hypocrisie toe. Daar hebben ze gelijk in. Eigenlijk pleiten ze voor een eerlijke, open beleving van seksualiteit. Dat vind ik niet bepaald conservatief.

“Trouwens, die vrouwen zijn ook niet conservatief. Vergeet niet dat Catherine Deneuve in 1971 het ‘manifest van de 343’ ondertekende. Dat waren 343 vrouwen die openlijk toegaven dat ze abortus hadden ondergaan terwijl het op dat moment nog een misdrijf was. Zij riskeerden strafrechtelijke vervolging. Maar ze kwamen ervoor uit, precies om het debat aan te vuren. Deneuve heeft dus wel belangrijke daden gesteld om het feminisme aan te zwengelen.”

Twitter was al niet mals voor haar. Catherine Deneuve is ‘een idioot’. Of nog: ‘medeplichtig aan het machisme’. Zit zij nu in het ‘mannenkamp’?   Continue Reading ›

“Een reactionair is geen conservatief”, column DS, 16 maart 2017

” Identiteit en integratie zijn de thema’s van de Nederlandse verkiezingen. Dat is onwennig voor alle partijen, behalve voor de PVV van Wilders, en voor DENK, de partij opgericht door ex-PVDA-leden Kuzu en Öztürk. Met deze laatste partij komen ook ronduit reactionaire stemmen naar boven. De spanningen tussen Nederland en Turkije verduidelijken dit radicale project.
Het programma van DENK leek helder: de strijd tegen racisme en discriminatie. DENK-boegbeeld Sylvana Simons verliet de partij echter omdat de leiders volgens haar “homorechten en vrouwenrechten niet serieus namen” en “zich teveel op conservatieve kiezers richten”.

Dit is een veel voorkomend misverstand: een partij als DENK bedient niet alleen een conservatieve achterban, maar is zelf een reactionaire beweging.

Reactionair betekent dat de partij de verwezenlijkingen van de moderniteit ongedaan wil maken: de scheiding tussen kerk en staat, individuele rechten voor mannen én vrouwen, vrijheid van mening en (on)geloof, vrije pers en een wetenschappelijk geïnspireerd waarheidsstreven. DENK is de enige partij die Erdogans houding tegenover Nederland de afgelopen dagen steunde. Erdogan heeft de democratie vroeger met een tram vergeleken: “Je rijdt ermee tot je je bestemming bereikt, dan stap je er uit.” In eigen land illustreert Erdogan wat dit betekent.
Wat de politieke strijd betreft, durft DENK van de democratische methode af te wijken. De partij verspreidt ‘fake news’ en uit de lucht gegrepen samenzweringstheorieën. Ze valt de reguliere media frontaal aan. Ze is sterk autoritair, en voert erg agressief campagne. Zo klaagt de ‘Raad van Marokkaanse Moskeeën Nederland’ over intimidatie van moskeegangers, alsof elk individu niet zelf mag beslissen voor wie hij stemt.

Vergelijk dit met de houding van de conservatief: die staat sceptisch tegenover de maakbaarheid van mens en samenleving. Heilzame veranderingen gebeuren liefst in kleine stapjes en vanuit wat in het verleden werd opgebouwd. De ware conservatief is een bescheiden wereldverbeteraar. ‘Als we de wereld niet opnieuw ongelukkig willen maken, moeten we onze dromen over het gelukkig maken van de wereld opgeven’, noteerde Karl Popper. Een conservatief knikt instemmend. Hij kan zich ook vinden in de woorden van Lord Palmerston die ooit boos mompelde: ‘Hervormen, hervormen. Is het al niet erg genoeg?’. Voor de conservatief beschermt de rechtsstaat de individuele rechten, terwijl het politieke of sociale project alleen vanuit een zin voor de gemeenschap kan ontstaan. DENK wil daarentegen een radicale omwenteling van de Nederlandse samenleving.

Progressief is DENK ook niet. De partij klinkt alleen progressief in haar aandacht voor racisme, discriminatie en vrijheid. Alleen dient die vrijheid om paternalisme opnieuw in te voeren. Het antwoord op racisme en discriminatie is al evenmin progressief. DENK pleit niet voor een universalistische, verbindende boodschap, waarbij mensen elkaar ongeacht hun etnische, religieuze of andere verschillen respecteren en waarderen. Dan overstijgen mensen hun verschillen juist om als gelijken samen te leven. Neen, DENK maakt van verschil de maatstaf. Iemands etnische achtergrond bepaalt zijn stemgedrag, ongeacht de uiteenlopende politieke ideeën over vrijheid of gelijkheid die iemand kan hebben. De kloof die DENK introduceert, valt nooit te overbruggen. Zo’n beweging kan alleen polariserend werken. DENK vertegenwoordigt ook geen regenboog van minderheden. Veruit de meeste aanhangers zijn van Turkse komaf, en heel wat Marokkaanse Nederlanders zeggen op DENK te stemmen. Maar Antilliaanse of Surinaamse kiezers zouden zich volgens opinieonderzoek van Kantar Public niet aangesproken voelen.

De stichtende leden van DENK komen uit de PVDA. Die vaststelling is reden genoeg voor progressieve partijen om grondig na te denken over de verborgen breuklijnen, die zelfs door hun eigen partijen dreigen te lopen: naast de keuze tussen progressief of conservatief maakt de reactionaire visie nu opgang. Het laaiende conflict begin deze week tussen Nederland en Turkije toont dat dit reactionaire gedachtengoed geen marginaal fenomeen is, ongeacht wat de verkiezingsuitslag teweegbrengt.”

Deze column verscheen op 16 maart in De Standaard.

Consequent conservatief?

Column De Standaard, 11 februari 2013

imagesWelke Europese ‘rechtse’ partij kan vandaag nog beweren consequent tradities en leven in gemeenschap te steunen? Geen enkele. Intussen beheerst de economische agenda steeds meer het politieke. Die evolutie staat haaks op het ‘klassieke’ conservatieve denken. Maar er is meer. Precies die greep van de economie op het politieke hebben conservatieve partijen sinds de jaren ’80 mee mogelijk gemaakt: Margaret Thatcher in Groot-Brittannië en Ronald Reagan in de Verenigde Staten. Huidige ‘conservatieven’ als David Cameron zetten die koers verder. Conservatieve politici hoeven dus niet te klagen over de teloorgang van gemeenschap en traditie: hun eigen politieke hervormers hebben die evolutie in de hand gewerkt. En wie consequent conservatief is, kan niet anders dan kritische vragen hebben bij het huidige economische bestel. Continue Reading ›